gemeente Breda aan de raad der gemeente Breda Bijlage nr. 201 10 mei 1967 0SS/l 058 Voorstel van Burgemeester en wethouders tot het in stellen van de cultuurprijs der stad Breda. Vanuit Uw midden is de vraag gesteld of wij bereid zijn een cultuur prijs der stad Breda in het leven te roepen, die eenmaal in de twee jaar - voor het eerst in 1968 - zal worden toegekend aan een Bredase of gewestelijke kunstena(a)r(es) en zal bestaan uit een reële geld prijs, gekoppeld aan een opdracht van de zijde van de gemeente. Over deze vraag hebben wij ons beraden en wij zijn tot de conclusie ge komen dat de instelling van een dergelijke prijs bijzonder zinvol kan zijn. Wij baseren onze mening op de overweging dat creativiteit in de kunst van grote betekenis is voor het culturele leven van een stad en dat de instelling van een dergelijke prijs bevorderend en stimulerend kan werken bij de beoefenaars van de verschillende kunstuitingen. Bevordering van creativiteit is naar ons oordeel zeker een taak van de overheid, hoewel tegelijkertijd erkend moet worden dat de kunst- zorg nog geen duidelijke gestalte heeft en voortdurend gezocht moet worden naar de meest geëigende vorm. In het bij dit voorstel behorende conceptreglement van de prijs hebben wij onze ideeën omtrent de vorm en voorwaarden omschreven. Bij dit reglement zouden wij ter toelichting het volgende willen op merken. De betekenis van de prijs vindt zijn weerspiegeling onder meer in het bedrag, dat ter beschikking wordt gesteld. Het voorgesteld bedrag van 2.500,- houdt in dat de toekenning zorgvuldig dient te geschieden, hetgeen tevens de reden is waarom wij U voorstellen de prijs eens per twee jaar toe te kennen. Het ligt in ons voornemen om de uitreiking van de prijs gepaard te doen gaan met een op de bekroonde kunstuiting betrekking hebbende activiteit. Om de prijs een eigen accent te geven en te onderscheiden van andere culturele prijzen geven wij in overweging de prijs bij voorkeur toe te kennen aan in Breda of de Baronie van Breda wonende kunstenaars of aan kunstenaars, die in hun werk door Breda of de Baronie zijn geïnspireerd dan wel met hun oeuvre Breda of de Baronie hebben verrijkt. In afwijking van de vraagstelling zouden wij aan de prijs geen gemeentelijke opdracht willen verbinden omdat niet alle kunstuitingen zich hiervoor lenen en vervolgens omdat realisatie nogal eens op moeilijkheden blijkt te stuiten.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1967 | | pagina 576