Bij bijlage no. 241 a. voor ontvangst, produktie, berging en doorvoer van gas, naar ver houding van het verbruik in de gasafnemende gemeente tot het ver bruik in het gehele distributiegebied; b. voor andere baten en lasten, waartoe onder andere ook geacht zullen worden te behoren de te eniger tijd eventueel onder wel ke benaming ook verschuldigde belastingen, naar verhouding van het aantal geplaatste gasmeters in de gasafnemende gemeente, tot het aantal gasmeters in het gehele distributiegebied op 31 decem ber van het betrokken jaar. Artikel 11. 1Bij het beëindigen van deze overeenkomst is de gasafnemende gemeente verplicht tot overneming van alle ten behoeve van de gasdistributie in die gemeente aanwezige activa van Breda. 2. Het bedrag, waartegen de gasafnemende gemeente verplicht is, de in het vorige lid genoemde activa van Breda over te nemen, zal worden vastgesteld door de raad van Breda, onder goedkeuring door het colle ge van gedeputeerde staten. 3» Als uitgangspunt voor de xfaardebepaling der over te nemen activa zal gelden de boekwaarde van de over te nemen eigendommen, verhoogd met een billijke vergoeding voor de extra kosten die voor Breda tenge volge van de eigendomsovergang ontstaan. 4. Bij het beëindigen van deze ovoreenkomst zal do gasafnemende gemeente Breda schadeloos stellen voor het aandeel van Breda in hot in de gas afnemende gemeente te vestigen aardgasontvangststation en wel tot een bedrag, overeenkomende met 1/5 van de boekwaarde van dit activum. Artikel 12. Alle geschillen, die naar aanleiding van of in verband met deze overeen komst of van nadere overeenkomsten ter uitvoering van deze overeenkomst tussen Breda en de gasafnemende gemeente mochten ontstaan, van welke aard die ook mogen zijn, zullen met uitsluiting van de gexrone rechterlijke macht ter beslissing worden onderworpen aan drie scheidslieden. De drie scheidslieden zullen door partijen in onderling overleg worden benoemd. Indien partijen hieromtrent niet binnen drie weken, nadat het geschil ontstaan is, tot overeenstemming kunnen komen, zullen de scheidslieden worden benoemd door de president van de arrondissementsrechtbank te Breda ten verzoeke van de meest gerede partij De scheidslieden zullen recht spreken als goede mannen naar billijkheid en in het hoogste ressort. Artikel 13. 1Deze overeenkomst treedt in werking op 1 januari 1968 en zal eindigen 31 december 1987. 2. Zij wordt telkens, stilzxri-jgend, doch niet langer dan tot 2003 met 5 jaren verlengd, tenzij de gasafnemende gemeente 2 jaren vóór het beëindigen daarvan per aangetekend schrijven aan Breda opzegging heeft gedaan.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1967 | | pagina 728