bijlage nr. 245
- 4 -
VRAAG
De heer van Banning zegt dat wethouder "Vermeulen bij behandeling van agenda
punt nr. 43 heeft opgemerkt dat hem was gezegd dat het statistisch woningtekort
in Breda laag was. Bovendien is er bij agendapunt 3 geattendeerd op de sta
tistische gegevens van de gemeentelijke sociale dienst, afdeling huis
vesting, over de maand april 1967. Uit deze gegevens is hem gebleken dat er
41 zeer urgente woningnoodgevallen zijn.
Spreker vraagt aan burgemeester en wethouders hoelang deze zeer urgente woning
noodgevallen bestaan en hoelang deze al om een oplossing vragen.
Vervolgens zou hij ook gaarne vernemen aan welke omstandigheden het te wijten is
dat een - naar zijn mening - zo'n groot aantal zeer urgente woningnoodgevallen
wordt gesignaleerd, terwijl er toch sprake is van een voortdurende produktie
in de woningbouw van allerlei categorieën van woningen.
Tenslotte vraagt spx-eker hoe burgemeester en wethouders de oplossing voor deze
huisvestingshulpbehoevenden zien.
AFTVOORD
Vrijwel gelijkmatig verdeeld over de inschrijvingsjaren 1960 tot en met 1967
zijn er thans nog 35 woningzoekenden als "zeer urgent" ingeschreven, Vijf van
hen kunnen overal geplaatst worden, doch speciale wensen, die bij de inschrij
ving naar voren werden gebracht, hebben tot nog toe de oplossing gestagneerd.
In de overige 30 gevallen kunnen slechts vrijkomende goedkopere woningen een
oplossing bieden. Juist aan dit soort woningen bestaat een zeer grote behoefte
zodat niet te zeggen is wanneer hulp geboden zal kunnen worden.
VRAAG
De heer van Dun zegt dat de gemeente Breda industrieterrein slijt. In het tijd
schrift "I'Toord-Brabant"uitgegeven door het Eti staat regelmatig een adverten
tie, die luidt als volgt: "Breda 60 ha industrieterrein bouwrijp, met mogelijk
heid van spoorwegaansluiting aan water, aan brede wegen met directe aansluiting
op de rijkswegen naar noord-zuid en oost.
Sterke bevolkingsaanwas. Aanleg der bevolking voor techniek boven het gemid
delde. Erfpacht en fabrieksbouw met behulp van gemeentewege mogelijk". Spreker
vraagt aan burgemeester en wethouders of het in de advertentie gestelde juist is2o
dit onjuist zou zijn, dan vraagt hij waarom dan deze foutieve inlichtingen al
sinds jaren gegeven worden. Indien het gestelde wel juist is dan stelt spreker
aan burgemeester en wethouders de vraag waar het industrieterrein van 60 ha
is gelegen.
Vervolgens zou hij gaarne vernemen of de genoemde sterke bevolkingsaanwas in
concrete cijfers kan worden gespecificeerd. Tenslotte zou spreker door burge
meester en wethouders nog gaarne op de hoogte gebracht worden van de gemiddelde
aanleg voor techniek van de Nederlandse bevolking; hoe hoog die dan voor de
Bredase bevolking is en hoe men deze aanleg gemeten heeft en in welk coëfficiënt
deze wordt uitgedrukt.
ANTWOORD
De verstrekte gegevens zijn in het algemeen juist.
De direct beschikbare oppervlakte industrieterrein bedraagt 35 ha. Wij hebben
inmiddels opdracht gegeven de tekst van de advertentie aan te passen aan de
huidige situatie.