Bij bijlage nr. 262
- 2 -
1Een muziekvereniging dient elke drie jaar minstens éénmaal deel te nemen aan
een concours van één der landelijke federaties ter vaststelling van de afdeling,
waarin de muziekvereniging bij deze federaties wordt ingedeeld.
2. Indien een muziekvereniging binnen een tijdvak van drie jaren niet aan een
federatief concours deelneemt, ontvangt zij een subsidie gelijk aan het bedrag,
dat zou worden ontvangen indien het muziekgezelschap een afdeling lager zou
zijn geklasseerd, totdat subsidiëring geheel wordt gestaakt c.q. wederom een
federatief concours wordt bezocht.
3. Burgemeester en wethouders, gehoord de culturele werkgemeenschap Breda, kunnen
ontheffing verlenen van de onder lid 1 genoemde voorwaarde.
4. Indien een muziekvereniging in een andere afdeling wordt ingedeeld, dan heeft
dit reeds hetzelfde jaar consequenties voor de hoogte van het subsidie.
Artikel 5
Om voor het in artikel 2, sub c, bedoelde subsidie in aanmerking te komen, dienen
de dirigent en de instructeur van de muziekvereniging in het bezit te zijn van een
landelijk erkend diploma dan. wel over voldoende ervaring en vakbekwaamheid te be
schikken; dit laatste ter beoordeling van burgemeester en wethouders.
Artikel 6
Door het aanvaarden van het subsidie, bedoeld in artikel 2,sub d, verplichten de
muziekverenigingen zich, jaarlijks een aantal speelbeurten te vervullen, af
hankelijk van de classificatie van de muziekvereniging door de landelijke federa
ties en wel:
4e, 3e en 2e afdeling 1 concert
1e afdeling 2 concerten
afdeling uitmuntendheid 2 concerten
ere-afdeling 3 concerten
superieure- of vaandelafdeling 3 concerten
Artikel 7
Om voor de in artikel 2,sub d, bedoelde subsidie in aanmerking te komen, dient te
worden voldaan aan de volgende voorwaarden:
1De concerten dienen openbaar te zijn.
2. De muziekvereniging dient uiterlijk veertien dagen voor de datum waarop het
concert plaatsvindt schriftelijk mededeling te doen aan het bestuur van de
Culturele Werk Gemeenschap Breda.
Artikel 8
1Jaarlijks véör 1 april dient het exploitatie-overzicht over het afgelopen
kalenderjaar aan burgemeester en wethouders te worden ingezonden, vergezeld
van een jaarverslag. Voor het exploitatie-overzicht kan door burgemeester en
wethouders een model worden vastgesteld.
2. Het jaarverslag dient melding te maken van:
a. het aantal concerten;
b. de naam en de bevoegdheid van de dirigent en/of instructeur;
c. de afdeling, waarin de muziekvereniging is geklasseerd;
d. een opgave van het aantal bespeelde instrumenten;
e. de door de leden gevolgde opleidingscursussen en dergelijke;
f. de activiteiten;
g. andere vermeldenswaardige feiten.
3. De afrekening van het subsidie vindt plaats op basis van de ingezonden jaar
stukken. Burgemeester en wethouders kunnen voorschotten verstrekken.