Bij bijlage nr. 277
-2-
a. een bedrijf als bedoeld in artikel 1onder a, of een werkzaamheid,
als bedoeld in artikel 1, onder c: 7,50
b. een slijtersbedrijfals bedoeld in artikel 1, onder b: "5,
Aangifte
Artikel 6.
1Aan ieder, die geacht kan worden belastingplichtig te zijn wordt
in de laatste maand van het belastingjaar of zo spoedig mogelijk
daarna een aangiftebiljet uitgereikt.
2. Aan degene, die ophoudt vergunninghouder te zijn, wordt zo spoedig
mogelijk een aangiftebiljet uitgereikt. In geval van overlijden van
de vergunninghouder geschiedt de uitreiking aan diens rechtsopvol
ger (s) onder algemene titel,
3. Indien iemand ophoudt vergunninghouder te zijn, geeft hij daarvan
binnen 14 dagen kennis aan de ambtenaar, bedoeld in artikel 11. In
geval van overlijden van een vergunninghouder rust de in de vorige
volzin bedoelde plicht tot kennisgeving op zijn rechtsopvolger(s)
onder algemene titel.
4. Ieder, aan wie een aangiftebiljet is uitgereikt of toegezonden, is
verplicht de daarin gestelde vragen duidelijk, stellig en zonder voor
behoud naar waarheid te beantwoorden, de aangifte met zijn handteke
ning te bekrachtigen en het biljet binnen een maand na de datum van
uitreiking of toezending ter gemeentesecretarie, bureaux belastingen,
te bezorgen of te doen bezorgen.
5. Indien een aangiftebiljet is uitgereikt of toegezonden aan een rechts
persoon, dan rusten de in de vorige twee leden genoemde verplichtingen op
de bestuurders.
Artikel 7.
Ieder die verplicht is aangifte te doen, is desgevraagd gehouden aan de
ambtenaar, bedoeld in artikel 11, mondeling of schriftelijk nadere in
lichtingen te verstrekken en inzage te verlenen van boeken en andere be
scheiden, welke tot staving van de aangifte kunnen dienen of waarvan de
kennisneming anderszins voor de aanslagregeling dienstig wordt geoor
deeld.
Ambtshalve aanslag
Artikel 8.
Indien niet, niet-tijdig of niet-volledig is voldaan aan de bepalingen
van artikel 6, derde en vierde lid, en artikel 7, wordt - onverminderd het
bepaalde in artikel 19 - bij de vaststelling van de aanslag uitgegaan van een
geschatte omzet.
Ambtshalve vermindering
Artikel 9.
Onjuist vastgestelde aanslagen kunnen ambtshalve worden verminderd of ver
nietigd zo lang niet sedert het einde van het belastingjaar drie jaren zijn
verstreken.