gemeente Breda
aan de raad der gemeente Breda.
i
Bijlage nr. 123
1 maart 1968
02/23432
Voorstel van burgemeester en wethouders
tot het beschikbaarstellen van een aan
vullend subsidie ten behoeve van de restau
ratie der Evangelisch Lutherse kerk.
In Uw vergadering' ven 12 oktober 1966 (bijlage nr. 428) xrerd besloten om
in de restauratiekosten van de Evangelisch Lutherse kerk een subsidie toe
te kennen van pO, - in de door het rijk als subsidiabel erkende kosten ad
109.020,tot een maximum van 32.706,
Thans heeft de minister van cultuur, recreatie en maatschappelijk werk de
ingediende geldelijke verantwoording van de restauratie goedgekeurd.
De subsidiabele kosten werden daarbij bepaald op 113.103,
Het rijkssubsidie (5Q-' van de subsidiabele kosten) werd, overeenkomstig
deze toename van de subsidiabele kosten, van 54.510,verhoogd naar
59.052,—.
De kerkeraad van de Evangelisch Lutherse Gemeente heeft zich tot ons col
lege gewend net het verzoek het gemeentelijk subsidie eveneens op te trekken.
Het komt ons redelijk voor om de toezegging van 30/- in de door het rijk als
subsidiabel erkende kosten te handhaven en de consequenties van de verhoog
de subsidiabele kosten, te weten 30/; van 9.083,118.103,minus
109.020,2.725,(afgerond) te aanvaarden.
Wij stellen Uw raad voor een krediet ad 2.725,te voteren door vaststel-
ling van de ter visie gelegde begrotingswijziging. Dit bedrag kan ten laste
van het onrendabel investeringsplan 1968, onderdeel A9, volgno.6 worden ge
bracht
De raadsafdeling voor culturele zaken zal over dit voorstel worden gehoord.
Een eventueel afwijkend advies zal U ter kennis worden gebracht.
Burgemeester en wethouders van Breda,
Merkx burgemeester
van den Dam secretaris.