gemeente Breda
aan de raad der gemeente Breda.
0
Bijlage nr. 317
24 juli 1968
F/ 10103
Voorstel van burgemeester en wethouders tot
vaststelling van een verordening tot wijzi
ging van de verordening op de heffing en in
vordering van schoolgelden voor het volgen
van dag- en avondcursussen aan de gemeente
lijke technische school in de gemeente Breda.
De kosten van het lager en uitgebreid nijverheidsonderwijs worden voor
100 c/j door het rijk gesubsidieerd.
Ter wille van de uniformiteit acht de minister van onderwijs en weten
schappen het gewenst dat voor alle ingevolge de nijverheidsonderwijswet
gesubsidieerde cursussen dezelfde wijze van berekening van de cursus
gelden wordt aangehouden.
Bij circulaire van 18 augustus 1964? ÏÏ.O./J 379243 werd door de minister
het cursusgeld, met ingang van 1 januari 1965? per les en per leerling
bepaald op;
a. 0,20 met een maximum van 40,per cursusjaar voor het l.n.o. en
b. 0,25 met een maximum van 60,per cursusjaar voor het u.l.n.o..
Dit maximum wordt bereikt bij een gemiddeld aantal lesuren per cursus
jaar van 200 bij het l.n.o. en van 240 bij het u.l.n.o.
Aangezien het aantal lesuren per cursusjaar voor de avondschool, de
part-time opleidingen en de cursus o.b.a.o., gegeven aan de gemeentelijke
technische school alhier, méér dan 200 respectievelijk 240 bedraagt, kwam
de tariefstelling hiervoor neer op een cursusgeld gelijk aan de gestelde
maxima en werden de tarieven in de desbetreffende schoolgeldverordening
vastgesteld op 40,respectievelijk op 60,
De aan de gemeentelijke technische school verbonden cursus elektrisch en
autogeen lassen, met een cursusduur van 8 maanden, bereikt niet het aan
tal van 200 lessen per cursusjaar. Hiervoor werd dan ook in de schoolgeld
verordening het tarief opgenomen 0,20 per les met een maximum van
40,—".
In de circulaire van de minister van onderwijs en wetenschappen van 4 juni
1968, TB0-479114/BV0-107603, deelt deze mede, dat, zoals in de memorie van
toelichting op de rijksbegroting voor het dienstjaar 1968 reeds is aange
kondigd, met ingang van het schooljaar 1968/1969, en wel vanaf de datum
van inwerkingtreding van de wet op het voortgezet onderwijs - 1 augustus
1968 - eerdergenoemde cursusgelden moeten worden verhoogd.
