gemeente Breda
aan de raad der gemeente Breda.
Bijlage nr. 327
2 augustus 1968
F/1 3549
Voorstel van burgemeester en wethouders tot
het nemen van een algemeen geldleningsbesluit
tot een bedrag van 40,000.000,
In Uw vergadering van 15 maart 1967 besloot U tot het aangaan van geldle
ningen tot een bedrag van 40.000.000,Aan ons werd het afsluiten der
leningen opgedragen.
Tot medio juli werden door ons op grond hiervan geldleningen gesloten tot
een gezamenlijke som van 30.654.000,
Daar er nog slechts ruimte is om tot 9-346.000,leningen te sluiten
moeten wij U thans voorstellen een besluit te nemen tot het aangaan van
geldleningen en ons op te dragen de leningen te plaatsen.
Het in Uw laatste besluit genoemd bedrag van 40.000.000,is de geraam
de netto-financieringsbehoefte van ongeveer een jaar. De door U - reeds
sinds 1958 - verleende machtigingen hadden tot gevolg dat de financiering
van de aangegane verplichtingen op verantwoorde en efficiënte wijze werd
bevorderd. Onder de werking van de wet kapitaaluitgaven publiekrechtelijke
lichamen dienen thans de nodige financieringsmiddelen door de centrale
financiering te worden verstrekt (middels de Bank voor Nederlandsche Ge
meenten). Komen er aanbiedingen van de Bank voor Nederlandsche Gemeenten
dan wil zij steeds op korte termijn weten of de aangeboden leningen worden
aanvaard. Snelle besluitvorming blijft dus gewenst.
De door ons genoemde wet geeft - onder goedkeuring van de minister van bin
nenlandse zaken - een kleine mogelijkheid buiten de centrale financiering
om geldleningen op te nemen. Komt zo'n sporadisch geval voor dan is het ook
zaak dat spoedig tot een akkoord met de geldgever kan worden gekomen.
Op grond van het bovenstaande stellen wij U voor wederom een besluit te
nemen tot het aangaan van geldleningen tot een bedrag van 40.000.000,
en ons op te dragen de leningen te plaatsen. De bepaling van het bedrag op
40.000.000,lijkt ons in verband met de te verwachten behoeften voor
ongeveer een jaar, wederom verantwoord.
Een conceptbesluit bieden wij hierbij ter vaststelling aan.
Burgemeester en wethouders van Breda,
Iierkx
burgemeester.
van den Dam
secretaris.