gemeente Breda
aan de raad der gemeente Breda.
Bijlage nr. 35
16 januari 1968
P/ 466
Voorste], van burgemeester en wethouders tot
het voeren van verweer tegen een klaagschrift,
bij het ambtenarengerecht te s-Hertogenbosch
ingediend door Th.A.A. Boschman, betrekking
hebbende op een benoeming in tijdelijke dienst
tot leraar aan de gemeentelijke technische
school.
De heer Th.A.A. Boschman is bij besluit van Uw raad van 15 juli 1964 aange
steld tot leraar banketbakken in vaste dienst aan de gemeentelijke technische
school.
Haast de werkzaamheden, die op grond van deze benoeming tot zijn taak be
horen, is het nodig gebleken hem het geven van enkele lessen in schetsen,
klei-arbeid en handtekenen aan leerlingen van de banketbakkersklas op
te dragen. Voor deze vakken mist de heer Boschman de wettelijke bevoegd
heid, zodat hij bij besluit van Uw raad van 12 oktober 1967 hiervoor in
tijdelijke dienst werd benoemd.
Van dit besluit is de heer Boschman in beroep gekomen, onder meer stellen
de, dat de lessen, waarvoor hij de bevoegdheid mist, begrepen zijn in het
leraarschap, waarvoor hij de vaste aanstelling heeft gekregen. Deze op
vatting echter komt in strijd met de ter zake bestaande voorschriften, met
name de nijverheidsonderwijswet en het rechtspositiebesluit nijverheids
onderwijs 1960.
Terecht heeft Uw raad de heer Boschman voor de genoemde vakken in tijde
lijke dienst aangesteld.
Bovendien wil het voorkomen, dat de heer Boschman d_oor het aangevallen be
sluit in het geheel niet, laat staan rechtstreeks, in zijn belang wordt ge
troffen, zodat hij niet bevoegd is beroep tegen dit besluit in te stellen.
Wij achten het gewenst, dat tegen het klaagschrift verweer gevoerd wordt.
In het twistgeding is Uw raad partij. Hij wordt vertegenwoordigd door de
burgemeester, tenzij Uw raad aan één der raadsleden de vertegenwoordiging
opdraagt (artikel 26 van de ambtenarenwet 1929). Ingevolge artikel 73 van
genoemde wet is Uw raad gehouden de tot de zaak betrelckelijke stukken aan
het ambtenarengerecht in te zenden binnen een termijn van 3 weken na dag
tekening van de kennisgeving van de griffier van het ambtenarengerecht.
Deze kennisgeving, een afschrift van het klaagschrift met de bijlagen liggen
ter visie.
