gemeente Breda
aan de raad der gemeente Breda.
Bijlage nr. 408
4 oktober 1968
P/16168
De heer J.H. Ritzen heeft bij zijn schrijven van 4 september 1968 ver
zocht hem met ingang van 1 augustus 1968 ontslag te verlenen als leraar in
de Duitse taal in vaste dienst aan de gemeentelijke middelbare handels
avondschool.
De plaatsvervangend inspecteur voor het gymnasiaal en het middelbaar onder
wijs heeft telefonisch medegedeeld geen bezwaar te hebben tegen het ver
lenen van het gevraagde ontslag. Indien het schriftelijk advies van de in
specteur tijdig wordt ontvangen, zal dit ter visie worden gelegd.
Wij stellen U voor aan het verzoek te voldoen en de heer Ritzen eervol
te ontslaan onder dankzegging voor de aan de gemeente bewezen diensten.
Het advies van de directeur van de school ligt voor U ter visie in de
raadzaal.
Burgemeester en wethouders van Breda,
Merkx burgemeester,
van den Dam secretaris.
Ligt ter visie in
de raadzaal.
Voorstel van burgemeester en wethouders tot
het verlenen van eervol ontslag aan een
leraar in vaste dienst aan de gemeentelijke
middelbare handelsavondschool.
Noot
Artikel 29, 3e lid, van de middelbaar onderwijswet bepaalt, dat de
directeuren en leraren der gemeentescholen worden ontslagen door de
gemeenteraad, de inspecteur gehoord.
