gemeente Breda
aan de raad der gemeente Breda.
Bijlage nr. 41a
13 februari 1968
IZ/ 21425
VRAAG
De heer ïïoestsnberg zegt dat op 3 percelen in de bebouwde kom en gelegen in
het uitbreidingsplan in onderdelen Poolseweg 1S63j thans Generaal Maczek-
straat er 2 woningen zijn, kadastraal bekend gemeente Breda, sectie D,
respectievelijk nrs. 2905, 3506 en 2493, gesloopt zijn en daarna min of
meer clandestien gebouwd en verbouwd zijn tot een garagebodrijfsgebouwen-
complex, gelegen aan de Generaal Maczekstraat 10 en 10a, 12, 14 en 14a.
Het laatste pand is clandestien herbouwd tot een benzinepompstation. Deze
terreinen grenzen aan de openbare weg en liggen tegenover een T-kruising
in genoemde straat
Spreker is van mening dat dit het algeneen belang raakt en het beleid van
het gemeentebestuur. Iedereen weet immers dat voor de verandering van de
bestemming van de gronden en de aard van de bebouwing geen bouwvergunning
kan worden verleend.
De vraag is, volgens spreker, wie er belang had bij de clandestiene bouw
van dit garagebedrijf en waarom de klachten betreffende de bouw van dit
garagebedrijf niet behoorlijk werden onderzocht.
Vervolgens vraagt hij wat burgemeester en wethouders ter zake hebben ver
richt of wat zullen zij op korte termijn alsnog verrichten om aan deze on
wettige toestand een einde te maken en om dergelijke zaken in de toekomst
te voorkomen.
Ten slotte vraagt spreker of het waar is dat bij do inwerkingstelling 'van
de hinderwetsprocedure betrokkene er met de meeste nadruk op gewezen is
dat geen bouwvergunning voor dit bedrijf kon worden verleend. Het een en
ander zoals voorgeschreven in de circulaire van de minister van sociale
zaken en volksgezondheid d.d. 27 april 1960, nr. 717, onder artikel 35,
alinea 6 en 7. De hinderwetsvergunning werd op 6 september 1963 verleend,
doch er is geen bouwvergunning.
Er werd dus gebouwd zonder dat een bouwvergunning werd afgeleverd.
Spreker heeft gaarne een schriftelijk antwoord van burgemeester en wet
houders
AITTHOORD
Op de betreffende percelen aan de Generaal Maczekstraat is het garagebe
drijf van van Riel gevestigd.
ïn tegenstelling tot de opvatting van de vragensteller zijn deze gronden
niet gelegen in een uitbreidingsplan (of zogenaamde koaregeling)waar
bij de bestemming van de grond (of het gebruik van de grond en de aard van
de bebouwing) geregeld, worden en is voor het verbouwen van d.e twee wo
ningen tot een woning net garagebedrijf wel een bouwvergunning verstrekt,
namelijk op 21 mei 1963 onder nr. V/ 7772.