gemeente Breda
aan de raad der gemeente Breda.
Bijlage nr. 431
25 oktober 1 968
OS0/18858
Voorstel van burgemeester en ueth.oud.ers tot
het vaststellen van de exploitatievergoeding,
bedoeld in artikel 75 van de kleuteronderwijs-
wet, voor de bijzondere kleuterscholen over
het jaar 1967.
Door de besturen van de bijzondere kleuterscholen in deze gemeente zijn,
overeenkomstig artikel 75, lid 1,van de kleuteronderwijswet aanvragen*)
ingediend ter verkrijging van de exploitatievergoeding, als bedoeld in
artikel 73 van de wet, over het jaar 1967.
Bij Uw beskuiten van 16 februari 1967 en 13 april 1967 zijn aan bedoelde
schoolbesturen op de exploitatievergoeding over genoemd jaar voorschotten
verstrekt.
Ingevolge artikel 75, lid 5, van de kleuteronderwijswet dient Uw college
vóór 1 december van het jaar, waarin de aanvragen zijn ingekomen, het be
drag der vergoedingen te bepalen, waarop de schoolbesturen aanspraak
hebben.
Het verschil tussen de definitieve vergoeding en het daarop verleende voor
schot dient met de schoolbesturen te worden verrekend.
De exploitatievergoedingen worden berekend naar het aantal gebruikte lo
kalen, dat in verband met het aantal leidsters, van wie de bezoldiging
door het rijk wordt vergoed, noodzakelijk is te achten en over het gemid
deld aantal kleuters over 1967, berekend volgens de maatstaf van artikel
20 van de wet.
De vergoeding per lokaal en per kleuter is door de minister van onderwijs
en wetenschappen voor het jaar 1967 voor de gemeenten van de 2e klasse
vastgesteld op respectievelijk 1 .460,en 22,
Uij vestigen er nog Uw aandacht op, dat deze door de gemeente uit te keren
vergoedingen krachtens artikel 77, lid 3, van de kleuteronderwijswetaan
het rijk kunnen worden gedeclareerd.
Op grond van het vorenstaande doen wij U hierbij een ontwerpbesluit*
toekomen tot vaststelling van de vergoedingen van de exploitatiekosten
van de bijzondere kleuterscholen in deze gemeente over het jaar 1967.