gemeente Breda
aan de raad der gemeente Breda.
Bijlage, nr. 432
30 oktober 1968
V/ 19243
Voorstel van burgemeester en wethouders tot
verdaging van de beslissing op het verzoek
om voorziening van A. Leijs, Strijenlaan 68,
tegen de weigering van de vergunning tot het
bouwen van een houtrek in de achtertuin bij
genoemde woning.
Bij schrijven van 17 augustus 1968, heeft A. Leijs voorziening gevraagd
tegen ons besluit van 30 juli 1968, nr. V/ 12895 (verzonden 8 augustus
1968), waarbij wij aan de heer Leijs een bouwvergunning hebben geweigerd
tot het bouwen van een houtrek in de achtertuin van een ironing op het
perceel Strijenlaan 68, kadastraal bekend gemeente Ginneken, sectie I,
nr. 8312. Bovenbedoeld bezwaarschrift is ingekomen op 20 augustus 1968.
Ingevolge het bepaalde in artikel 51lid 3, van de woningwet dient Uw
raad op het verzoek om voorziening binnen 3 maanden na de dag waarop dat
verzoek ontvangen is, te beslissen, i.e. dus vóór 20 november 1968,het
geen in feite betekent in Uw vergadering van heden. Genoemd lid geeft
tevens de bevoegdheid de beslissing éénmaal voor ten hoogste twee maan
den te verdagen.
Aangezien het te verwachten is dat het onderzoek nodig voor het uit
brengen van het prae-advies aan Uw raad, niet tijdig voltooid zal zijn,
stellen wij U voor Uw beslissing op het vorenonschreven verzoek om
voorziening net twee maanden - derhalve tot 20 januari 1969 - te ver
dagen, zulks door vaststelling van het hierbijgevoegde concept-besluit.
De ter zake betrekkelijke bescheiden liggen ter visie in de raadzaal.
Een eventueel afwijkend advies van de afdeling voor openbare werken zal
U nog worden medegedeeld.
Burgemeester en wethouders van Breda,
Ilerloc burgemeester.
van den Dam
secretaris.