4.000.000,—
-10-
Verlies- en winstrekening
Uitkering aan de alg. dienst
Extra-afschrijving of reserve
ring
x
Batig saldo van de
exploitatierekening 6.000.000,
Verschil tussen de af-
11
ij schrijvingen op basis
van vervangingswaarde
en aanschaffingswaard-
de
11
P.esultaat op basis
van aanschaffings-
Totaal
10 c 000000;waarde
10.000.000,—
De commissie is van oordeel, dat in eerste aanleg de volgende bedrijven voor het
opstellen van een exploitatierekening op basis van de vervangingswaarde in aan
merking komen:
1. Eet energiebedrijf;
2. De Rotterdamse Elektrische Tram;
3. De drihkwaterleiding;
4. Het Havenbedrijf;
5. Het openbaar slachthuis;
6. Het Vrije-Entrepót der gemeente Rotterdam;
7. De gemeentedrukkerij
De commissie heeft zich afgevraagd of ook de gemeenteziekenhuizen in deze op
stelling behoorden te worden opgenomen. Zij helt er echter toe over, aangezien
deze instellingen thans nog overwegend het karakter hebben van instellingen ten
dienste van de volksgezondheid èn van het onderwijs, de ziekenhuizen voorshands
niet als bedrijf aan te merken.
Tot slot van dit onderdeel meent de commissie te moeten wijzen op de noodzaak,
bij de toepassing van de vervangingswaardetheorie, benaderend te werk te gaan.
Voorts bestaat haars inziens de mogelijkheid, dat ten aanzien van verschillen
de zich hierbij voordoende vraagstukken de meningen uiteen zullen lopen,
zoals:
a. hoe moet de vervangingswaarde van de duurzame activa concreet worden bepaald
(b.v. door middel van indexcijfers of met behulp van meer exacte gegevens);
b. op welke wijze moet rekening worden gehouden met een besparing op de com
plementaire kusten, indien vervanging door meer moderne activa mogelijk is;
c. moeten er voorzieningen werden getroffen voor te lage afschrijvingen in het
verleden enz
In verband met de wenselijk te achten uniformiteit komt het de commissie uiterst
gewenst voor, indien haar advies tot het opstellen van exploitatierekeningen op
basis van vervangingswaarde wordt gevolgd, bij betrokkenen overeenstemming te
verkrijgen ten aanzien van de zich bij de uitvoering voordoende vraagstukken.
Hiermede zou eventueel de commissie kunnen worden belast. Denkbaar is echter
ook, dat hiertoe een werkgroep wordt gevormd, waarin alle betrokken bedrijven
door een deskundige zijn vertegenwoordigd.
IV. Afschrijvingssystemen.
Bij de behandeling van dit onderdeel wordt eenvoudigheidshalve uitgegaan van
de grondslag aanschaffingswaarde. Dit is mogelijk doordat de grondslag (aan
schaffingswaarde of vervangingswaarde) geen wezenlijke invloed heeft op de