gemeente Breda aan de raad der gemeente Breda. Bijlage nr. 89 28 februari 1969 OSo/3245 Voorstel van burgemeester en wethouders, be treffende de instandhouding van de openbare kleuterschool Beverweg 1 Ingevolge het bepaalde in artikel 11 van de kleuteronderwijswet moet de raad besluiten tot opheffing van een openbare kleuterschool, waarvan het aantal kleuters gedurende drie achtereenvolgende jaren minder bedraagt dan het voorgeschreven wettelijk minimum. Voor de openbare kleuterschool Beverweg 1welke school reeds op 1 januari 1955 bestond, geldt - met toepassing van artikel 129 van de kleuteronder wijswet - een minimum aantal kleuters van: 2/5 x 60 40. Het gemiddeld aantal kleuters van de onderwerpelijke school heeft in de jaren 1966 tot en met 1968 bedragen: respectievelijk 39,9 - 29,3 en 31>2 zodat Uw raad tot opheffing van de school zou moeten besluiten. Op verzoek van Uw raad kan de minister van onderwijs en wetenschappen - met toepassing van artikel 11, lid 2, van de kleuteronderwijswet - in bijzondere gevallen telkens voor een jaar of tot wederopzegging bepalen, dat een school in stand wordt gehouden ook al is het aantal kleuters minder dan het voor geschreven minimum, mits het aantal kleuters niet minder dan 20 bedraagt. Aangezien de openbare kleuterschool Beverweg 1 de enige niet-confessionele kleuterschool is in de wijken Brabantpark, Driesprong en Heusdenhout stellen wij Uw raad voor de minister te verzoeken te bepalen, dat de kleuterschool Beverweg 1 in stand mag worden gehouden, mits het aantal kleuters niet minder dan 20 bedraagt. Burgemeester en wethouders van Breda, herkx burgemeester. van den Dam secretaris.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1969 | | pagina 205