ai:twoord
Bijlage nr. 111
-2-
Door ons college is via de gemeentelijke sportstichting aan de stichting-
wielerbaan Sportief gevraagd omtrent dit sportpaleis nadere informaties
in te winnen bij de heer Ruijs. Toen dit contact tot stand kwam waren in
middels de onderhandelingen met de gemeente Oudenbosch afgerond.
VRAAG
De heer Beloer zegt, dat de witte markering op het kruispunt Ginnekenweg-
Burgemeester Serrarislaan, die de voorrang ter plaatse aangeeft bijna is
verdwenen. Hij vraagt die markering opnieuw te doen aanbrengen.
ANTWOORD
Op het kruispunt Ginnekenweg-Burgemeester Serrarislaan is een markering be
staande uit wit-zwarte betonblokken aanwezig, welke in goede toestand ver
keert.
VRAAG
De heer van der Werff vraagt de aandacht van de straatnamencommissie voor
een oud-stadgenoot namelijk Prof. Verberne, die te Tilburg reeds een straat
naar hem genoemd heeft, maar hier in Breda nog niet.
Deze vraag is door ons college om advies in handen gesteld van de commissie
voor de straatnaamgeving.
VRAAG
De heer van Banning zegt, dat in de vergadering van 16 mei 1968 een stuk is
gewTeest van de coöp in Tilburg en toen heeft het college verzocht, dat stuk
in handen te krijgen voor het uitbrengen van preadvies. Intussen heeft
spreker over deze kwestie enige malen gesproken met de betrokken wethouder.
Hij meent te weten, dat er nu een beslissing in deze kwestie is gevallen.
Hij vraagt het college het toegezegde preadvies te willen uitbrengen.
ANTWOORD
Voor de beantwoording van deze vraag moge kortheidshalve verwezen worden naar
ons preadvies van 5 maart 1969 aan de raad inzake het verzoek van Coöp Bra
bant om een vestiging in het winkelcentrum Hoge Vucht (bijlage nr. 107).
VRAAG
De heer Pielzer vraagt of de mogelijkheid bestaat, dat er enig contact komt
tussen de sociale werksters van de gemeentelijke sociale dienst en de sociale
diensten van bedrijven omtrent het uitwisselen van gegevens omtrent de ver
blijfplaats van de werklieden van die bedrijven.
ANTWOORD
Bij nadere informatie blijkt, dat de vraagstelling onjuist is overgekomen.
De vraag dient te luiden:
Bestaat de mogelijkheid, dat er enig contact komt tussen de sociale werksters
van de gemeentelijke sociale dienst en de sociale diensten van bedrijven in
zake de huisvesting van buitenlandse gastarbeiders werkzaam op de bedrijven?
Ten aanzien van het huisvestingsbeleid is een drie-deling te maken, te
weten:
1woningen, eigendom van particulieren;
2. woningen, eigendom van de gemeente of onder beheer van de woningbouwver
enigingen met een huurprijs tot 135>per maand;
