gemeente Breda
Bij Bijlage nr. 210
De raad der gemeente Breda;
gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van V juli 1969,
nr. AZ/09933;
mede gezien de gunstige adviezen van de Kamer van Koophandel en Pa-
brieken voor Westelijk Noord-Brabant te Breda, van 17 juli 1968, nr.
K 5621 en van 2 juni 1969, nr. K 4488;
ruimtelijke ordening en economische zaken;
gehoord de vaste raadsafdeling voor juridischer&angelggenhedenr
gelet op het bepaalde in de winkelsluitingswet 1951;
heeft besloten:
de navolgende verordening, als bedoeld in artikel 3, 3e lid, van de
winkelsluitingswet 1951, vast te stellen:
Artikel 1
Van het verbod, vervat in artikel 2 onder c, van de winkelsluitings
wet 1951, wordt vrijstelling verleend alle vrijdagen tot 21.00 uur
voor de winkels in het deel der gemeente, dat samenvalt met het voor
malige kerkdorp Princenhage en de volgende straten omvat: de Haagse-
markt, de Doelenstraat, de Doelen, de Dreef, de Esserstraat, de Pos
tillonstraat, het Heuvelplein, de Mastbosstraat, de Haagweg vanaf1 de
Haagsemarkt tot aan de kruising met Heuvelstraat-Tuinzigtlaan, de
Zuilenstraat, de Jan Klaassenstraat, de Posthoornstraat, de Heilaag-
straat, de Nieuwe Heilaarstraat en de Liesbosstraat.
Artikel 2.
Deze verordening treedt in werking op de dag na die, waarop zij is
afgekondigd.
Aldus vastgesteld in de openbare ver
gadering van de raad der gemeente Breda
van 17 juli 1969.
De raad voornoemd,
Merkx voorzitter.
Walenkamp secretaris, (loco)