-1- In het bedrag zijn vervolgens enkele schulden opgenomen, die practisch zeker niet gehonoreerd behoeven te worden, (ca. 5-000,terwijl daarnaast met enkele schuldeisers overeenstemming werd bereikt over een verlaging, met name wat betreft de rente. Hot grootste gedeelte van de resterende schuld heeft betrekking op de periode 1 september tot en met 31 december 1964- Het bestuur van do stichting heeft namelijk destijds, ondanks do wetenschap dat de subsidiëring was beëindigd, ge meend de school te moeten voortzetten omdat de stedelijke muziekschool nog niet kon starten en omdat nog pogingen in hot werk werden gesteld tot handhaving van het subsidie. In de schuldenlast zijn begrepen een bedrag voor pensioenpremies 14.850,94) en een bedrag voor salarissen over de maand november 1964 9.846,90). Door betaling van achter stallige pensioenpremies wordt bereikt dat de leerkrachten alle rechten verkrijgen, waarop zij op grond van de overeenkomst met de stichting aanspraak kunnen maken. Over de maand novenber 1964 hebben de leer krachten geen salaris ontvangen, omdat hiervoor de geldmiddelen ont braken, De leerkrachten hebben hier toen genoegen mee genomen omdat in dat geval het eerste kwartaal van het schooljaar kon worden afgemaakt. Wij menen Uw raad tr kunnen voorstellen een eenmalig subsidie toe te kennen aan de stichting Bredase l-ïuziek- en Balletschool. Wij motiveren djt voorstel op de feiten, dat practisch al de schulden zijn ontstaan door het geven van muziekonderwijs in een periode dat ander muziekonder wijs in de stad ontbrak, en de stichting besloten heeft te liquideren. Wij verzoeken Uw raad ons collge te machtigen in samenwerking met het bestuur van de stichting en zijn accountant de schulden van de stich ting, zoals deze zijn opgenomen in het liquidatierapport van 26 fe bruari 1969, af te wikkelen.Wij stellen U daarom voor ons college een be drag van maximaal 55*000,ter beschikking te stellen door vaststel ling van de op dit voorstel betrekking hebbende begrotingswijziging. - Het bedrag kan ten laste worden gebracht van de begroting van de ge meentelijke cultuurdienst 1969. De afdeling voor culturele zaken uit de raad zal over dit voorstel wor den gehoord. Een eventueel afwijkend advies zal U ter kennis worden ge bracht. Burgemeester en wethouders van Breda, Merkx burgemeester. van den Dam secretaris.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1969 | | pagina 624