gemeente Breda
aan de raad der gemeente Breda.
Behoort bij begrotingsbehandeling 1970
Bijlage nr. 282
w/17002
18 september 1969
Voorstel van burgemeester en wethouders
tot verhoging van de huurtarieven van
de gemeentelijke gymnastiekzalen en en
kele sportaccommodaties.
Ten aanzien van de huurtarieven en toegangsprijzen van gymnastiekzalen
en sportaccommodaties, heeft ons college steeds als uitgangspunt ge
hanteerd de opvatting, dat elke gebruiker in principe de kostprijs
moet betalen.
Gezien evenwel de hoogte van de kostprijs is dit principe in geen
enkel geval toegepast kunnen xirorden, omdat deze kostprijs voor de
gebruikers i.e. de sportverenigingen niet betaalbaar is gebleken.
Hieruit vloeit evenwel voort, dat een regelmatig screenen van de ta
rieven en prijzen op de betaalbaarheid dient plaats te hebben, mede
ook ter aanpassing van de tarieven en prijzen aan het steeds stijgende
kosten- en prijspeil.
Deze overwegingen zijn voor ons college aanleiding een voorstel te
doen tot een verhoging van de onderstaande tarieven.
Sportvelden.
Zoals uit onderstaand overzicht blijkt, bestaat ten aanzien van de
sportvelden en opstallen een diversiteit aan tarieven. Enerzijds
wordt er een verschil gemaakt tussen de diverse soorten buiten
sportaccommodaties, alsmede tussen sportvelden sec en opstallen, ander
zijds worden verschillende tarieven gehanteerd voor diverse takken van
sport.
Naar de mening van ons college is handhaving van een huurdifferentia-
tie tussen diverse takken van sport - op basis van verschil in draag
kracht bij de onderscheidene sporten - niet gerechtvaardigd.
Een verschil in huurprijzen is alleen dan redelijk te achten, wanneer
dit gebaseerd is op objectieve normen, zoals bijvoorbeeld het verschil in
terreinaccommodatie of opstallen.
Naar de mening van ons college zal daarom de thans bestaande differen
tiatie, voorzover althans sprake is van gelijke accommodaties, opge
heven dienen te worden. Hierbij zal - gelet op tarieven en kosten - gestreefd
moeten worden naar een optrekking van de laagste tarieven.
Aan een geleidelijke optrekking van de huren wordt de voorkeur gegeven
bijvoorbeeld gespreid over een periode van drie jaren.
Gelet verder op de financiële consequenties van deze optrekking voor
het merendeel van de sportverenigingen, wordt een verdere verhoging
van de tarieven van de sportvelden sec niet voorgesteld.