gemeente Breda aan de raad der gemeente Breda. Bijlage nr. 283 8 oktober 1969 12/- VRAAG De heer van der ¥erff merkt op dat hij laatst met de buitenlandse vriend van zijn fractievoorzitter - die vriend die al eerder commentaar op Bredase toestanden heeft gegeven - rondwandelde en dat deze hem compli menteerde met de allure van de stad, zij het met enige verbazing. Hij constateerde namelijk een "container terminal" op het Chasséveld. Spreker zelf is daar minder gelukkig mee. Bij de rondvraag heeft hij er al eerder op geattendeerd, dat daar een ongewenste toestand ontstaat, door de daar geparkeerde vrachtautocombinaties. Ook elders in de stad vormen deze geparkeerd staande combinaties een ob stakel, speciaal bij oversteekplaatsen. ANTWOORD Ook ons college acht het parkeren van vrachtautocombinaties op een ge deelte van het Chasséveld niet fraai. Uit verkeerstechnisch oogpunt be staat er echter geen bezwaar tegen dat dergelijke combinaties parkeer ruimte op het Chasséveld innemen. Verkeerstechnische bedenkingen kleven doorgaans wel aan het parkeren van vrachtwagens in woonstraten; boven dien kan het parkeren van deze voertuigen in woonstraten gemakkelijk overlast voor de bewoners veroorzaken. Aangezien er in Breda vooralsnog geen openbare parkeerruimten voorhanden zijn waar het parkeren van vrachtwagencombinaties minder bezwaar ontmoet dan op het Chasséterrein, kunnen wij geen vrijheid vinden maatregelen tot het weren van dergelijke combinaties op het Chasséveld te nemen. Zodra de parkeerverordening in werking is getreden, zal aan de hand daar van onder andere tegen hinderlijk parkeren van vrachtautocombinaties elders dan op genoemd plein worden opgetreden. VRAAG De heer Melzer vraagt of het college van burgemeester en wethouders contact zou willen opnemen met Rijkswaterstaat met betrekking tot het laten vervallen van de afrit, van de zuidelijke rondweg, welke uitmondt in de Fatimastraat. ANTWOORD Uit verkeerstechnisch oogpunt bezien is de aansluiting van de afrit van de zuidelijke rondweg aan de Fatimastraat niet ideaal te noemen met name omdat er in de middenberm van de Fatimastraat voor het linksafslaand ver keer niet voldoende opstelruimte aanwezig is. Hierdoor kan het voorkomen dat dit verkeer de oostelijke rijbaan blokkeert.De afrit kan echter niet gemist worden, emdat het verkeer in de richting Ulvenhout-Chaam-Baarle Nassau hiervan gebruik moet maken. Antwoorden op door raadsleden gestelde vragen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1969 | | pagina 675