Bij bijlage nr. 286 on t we r p-U IT Kh Rlil GoVBRQRILiH IIIG Paragraaf 1. Begripsbepalingen. Artikel 1 1. In deze verordening wordt verstaan onder "belanghebbende": belang- de gewezen ambtenaar in de zin van artikel 1 van het algemeen hebbende ambtenarenreglement en de gewezen werknemer ingevolge de bepalingen van afdeling I van de arbeidsovereenkomstenverordening, wier dienstverband is beëindigd: a. op grond van artikel 124 van het algemeen ambtenarenreglement; b. op een andere grond, genoemd in paragraaf 2 van hoofdstuk IX van het algemeen ambtenarenreglement, damiel op grond van de bepa lingen van paragraaf 10 van de arbeidsovereenkomstenverordening, mits die beëindiging van hot dienstverband niet op eigen verzoek is geschied en niet aan eigen schuld of toedoen is te wijten, en die aan die beëindiging geen recht op een pensioen krachtens de algemene burgerlijke pensioenwet, damrel op een uitkering ingevolge artikel 125 van het algemeen ambtenarenreglement of op een wachtgeld overeenkomstig de wachtgeldverordening kan ontlenen. 2. Onder "ontslag' wordt verstaan de beëindiging van het dienstverband ontslag als bedoeld in het vorige lid. Artikel 2. 1. In deze verordening wordt verstaan onder"diensttijd" dienst- de aan het in artikel 1bedoelde ontslag voorafgaande in overheias- tijd dienst doorgebrachte tijd welke in aanmerking komt voor de bereke ning van een pensioen krachtens de Algemene burgerlijke pensioenwet, of als zodanig in aanmerking zou komen indien die tijd door inkoop of door een verzoek bedoeld in artikel D 2 van evengenoemde wet voor pensioen geldig zou zijn verklaard. 2. Onder diensttijd bedoeld in lid 1 wordt mede verstaan de tijd doorgebracht in de betrekicing waaruit het ontslag, bedoeld in artikel 1, is verleend, indien die tijd op grond van de artikelen B 7 en B 9 van de Algemene burgerlijke pensioenwet geen diensttijd is in de zin van evengenoemde wet. 3. In afwijking van het bepaalde in lid 1 en lid 2 blijft buiten be schouwing a. diensttijd liggende vóór een onderbreking van meer dan een maand daarvan wegens verleend ontslag; b. diensttijd welke in aanmerking is genomen bij de berekening van de duur van een eerder toegekend wachtgeld of een daarmede ge lijk te stellen uitkering wegens onvrijwillige werkloosheid ten laste van de overheid, behalve voor de toepassing van ar tikel 6; c. diensttijd welke in aanmerking is genomen bij de berekening van een pensioen krachtens de algemene burgerlijke pensioenwet danwel voorafgaat aan een ontslag verleend op grond van ar tikel 125 van het algemeen ambtenarenreglement of een soort gelijke bepaling in een andere overheidsregeling;

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1969 | | pagina 687