Bij bijlage nr. 355
1
Artikel IV.
1de grondverwerving geschiedt door en voor rekening van de gemeente
Breda. De gemeente Prinsenbeek verleent daarbij voor zover mogelijk
alle medewerking.
2. De onteigening van gronden en opstallen geschiedt uit kracht van
een (de) door de gemeenteraad van Prinsenbeek ten name van de ge
meente Breda te nemen onteigeningsbesluit(en)tenzij de gemeente
Breda genoodzaakt is zich op andere wijze een onteigeningstitel te
verschaffen.
3. De administratiefrechtelijke onteigeningaprocedure ter uitvoering
van artikel. 77 der onteigeningswetwordt telkens door de gemeente
Prinsenbeek gevoerd op verzoek van de gemeente Breda en voor het ge
deelte van het gebied, dat de gemeente Breda aanwijst.
4. De gemeente Breda verstrekt daartoe op haar kosten aan de gemeente
Prinsenbeek alle door de wet gevorderde en door de gemeente Prin
senbeek noodzakelijk geachte bescheiden.
5. Het in het kader van de onteigeningswet te voeren minnelijk overleg
geschiedt door de gemeente Breda.
6. Degerechtelijke procedure wordt voor zoveel wettelijk mogelijk ge
voerd door de gemeente Breda. De gemeente Prinsenbeek verleent
voor zoveel wettelijk nodig op verzoek van de gemeente Breda alle
vereiste medewerking.
Artikel V.
1De gemeenteraad van Prinsenbeek zal binnen drie maanden na daar-
toestrekkend verzoek van Breda een besluit nemen tot overdracht
om niet aan de gemeente Breda van de aan de gemeente Prinsenbeek
in eigendom toebehorende wegen en waterlopen.
2. Gelijktijdig zal daarbij worden besloten het onderhoud van die
wegen en waterlopen over te d.ragen aan de gemeente Breda.
3. De gemeente Prinsenbeek zal daarbij aan de gemeente Breda overleg
gen een of meer kaarten waarop de ligging en de grootte van die
wegen en waterlopen is aangegeven met vermelding van de kadastrale
aanduiding.
Artikel VI.
1De gemeente Prinsenbeek verplicht zich op verzoek van de gemeente
Breda die besluiten te nemen, welke nodig zijn voor het verkrijgen
van de door de gemeente Breda noodzakelijk geachte bestemmingsplan
nen, inclusief eventuele wijzigings- en uitwerkingsplannen, als be
doeld in artikel 11 van de wet op de ruimtelijke ordening.
2. De in lid 1 bedoelde plannen xiorden ontworpen door of vanwege de
gemeente Breda.
3. Het door de wet op de ruimtelijke ordening en/of het bes3.uit op de
ruimtelijke ordening gevorderde overleg, dat is opgedragen aan de
gemeente Prinsenbeek, wordt gevoerd ten verzoeke van en in overleg