gemeente Breda c aan de raad der gemeente Breda. Bijlage nr. 377 A.Z/18957 Preadvies van burgemeester en wethouders naar aanleiding van het verzoek van de contactcommissie middenstand-Grootwinkel bedrijven d.d. 9 en 31 mei 1969 om te willen bevorderen, dat er op vrijdag tot 21.00 uur een wekelijkse koopavond voor alle winkels in de gemeente komt. 4 december 1969 iP De contactcommissie Middenstand-Grootwinkelbedrijven heeft zich in mei 1969 schriftelijk tot ons college gewend met het verzoek te willen bevorderen, dat Uw raad een verordening ex artikel 3, 3e lid, van de winkelsluitingswet 1951 vaststelt, krachtens welke verordening alle winkels in de gemeente op vrijdagen tot 21 .00 uur voor het publiek ge opend raogen zijn. Ingevolge het bepaalde in artikel 14, 3e lid, van voormelde wet mag een dergelijke verordening niet worden vastgesteld dan nadat de Kamer van Koophandel en Fabrieken daarover is gehoord. Vandaar dat wij het verzoek van genoemde contactcommissie om advies naar de Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Westelijk Noord-Brabant, te Breda, hebben gezonden. Ook de werknemersorganisaties en hier ter stede gevestigde vrouwenorganisaties, die geacht kunnen worden de con sumenten te representeren, hebben wij in de gelegenheid gesteld hun standpunt betreffende deze aangelegenheid kenbaar te maken. De Kamer van Koophandel en Fabrieken adviseert bij brief van 7 oktober 1969 de instelling van een wekelijkse koopavond, op vrijdag voor alle winkels in de gemeente niet te bevorderen. Dit advies is gebaseerd op het resultaat van de enquête, die de Kamer onder alle winkelbedrijven in Breda heeft gehouden. Blijkens haar advies heeft de Kamer totaal 1763 winkelbedrijven aange schreven, waarvan 294 zich voor een wekelijkse koopavond op vrijdag heb ben uitgesproken, 654 te kennen hebben gegeven tegenstanders te zijn en 815 niet op de enquête hebben gereageerd. De Kamer van Koophandel en Fabrieken is ervan uitgegaan, dat laatstbe doelde bedrijven geacht kunnen worden geen interesse te hebben voor de instelling van een wekelijkse koopavond op vrijdag. Van de 948 bedrijven, die wel op de enquête hebben gereageerd, blijkt slechts 31 voorstander te zijn en 69 tegenstander. Uit de hiervoor vermelde zijfers concludeert de Kamer o.i. terecht, dat het overgrote merendeel van de te Breda gevestigde winkelbedrijven niet voor een wekelijkse koopavond op vrijdag geporteerd is.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1969 | | pagina 912