-7-
3. Mogelijkheden tot vermindering van de woningnood.
Aan het oplossen van de woningnood hebben Uw raad en ons college een hoge
prioriteit gegeven.
De mogelijkheden welke de gemeente heeft om deze doelstelling te realisren
zijn evenwel gelimiteerd, en wel door:
- de contingentering in de woningwetsector
- de noodgedwongen realisering van een groot deel van de nieuwbouw in hoog
bouw, waardoor de doorstroming naar nieuwbouw bemoeilijkt wordt
- de onmogelijkheid om thans woningen te bouwen tegen een huurprijs, die
door de twee in deze nota genoemde groepen kan worden opgebracht, zelfs
niet in combinatie met een aanvullende huursubsidie conform de rijksre
geling;
- het tot dusverre geringe effect van de doorstroming in het huidige woning
stand.
In hoeverre de meest ernstige woningnood kan worden teruggedrongen door:
a. mutaties in het woningbestand.
b. Renovaties e.d.
c. Doorstroming.
d. Nieuwbouw.
e. Samenwerking met de bouwverenigingen.
f. Beroep op de particuliere woningmarkt.
g. Bijstandswet en aanvullende huursubsidie,
zal in het vervolg van deze paragraaf worden nagegaan.
a. Mutaties in het woningbestand.
Onder mutaties wordt hier verstaan het vrijkomen van een woningwetwoning
zonder dat daarvoor een andere woning van de gemeente of van de bouwcorpo
raties beschikbaar behoeft te worden gesteld.
Gebaseerd op ervaringscijfers is in het volgende overzicht een schatting
gegeven van de per jaar vrijkomende woningen van gemeente en woningbouwvere
nigingen gesplitst naar huurklasse.
huurklasse in guldens per maand
aantal vrijkomende woningen
75
80
75-124
200
125-174
110
175-224
110
totaal
500
Gesplitst naar eigenaar en woningtype onstaat het volgende beeld.
eengezinswon.
flats
totaal
Gemeente
260
95
355
R.K. Bouwvereniging St. Laurentius
50
30
80
R.K. Bouwvereniging St. Joseph
40
40
Alg. Bouwvereniging
20
JL
_25
totaal
370
130
500
Bij het in ogenschouw nemen van deze aantallen vrijkomende woningen dient
bedacht te worden, dat de woningbouwverenigingen in beginsel autonoom zijn
in het bepalen van hun verhuurbeleid.