Breda
bij bijlage nr. 363
Kort verslag van de vergadering van de raadsafdeling voor het energie-
en waterbedrijf. gehouden on 15 november 1971.
Aanwezig: wethouder van Dun, voorzitter;
de heren Crul, van Duijl, van Graafeiland, Jansen, Kramer en
van Overveldt, leden van de afdeling;
de heren van Kampen, Hart en Bunnig van het energie- en water-
bedrijf
de heren de Werd en Kerkhof van de afdeling financiën en be
lastingen;
de heer Mr. P. Rolff, directeur van de N.V. Casema te 's-Graveh-
hage.
Met kennisgeving afwezig: de heer Froger, lid van de afdeling.
De voorzitter opent de vergadering. De samenstelling van het gezelschap
wijkt af van de gebruikelijke; voor deze vergadering zijn als toehoorders
uitgenodigd de raadsleden, die niet tot de afdeling voor het energie- en
waterbedrijf behoren, alsmede ambtenaren, die op enigerlei xfijze bij het
Casema-project zijn betrokken.
Een bijzonder woord van welkom richt spreker tot de heer Mr. Rolff, direc
teur van de H.V. Casema.
1 Motulen van de vergaderingen van 7 oktober 1971 en 1 november 1971.
Deze worden ongewijzigd vastgesteld.
Raar aanleiding van de notulen deelt de voorzitter mede, dat het be
zwaarlijk is geworden een tweetal toezeggingen te honoreren namelijk
de toezegging, dat nog voor de openbare behandeling van de begroting
voorlopige resultatencijfers over 1971 zullen worden toegezonden èn de
toezegging, dat spoedig de afwikkeling van de tekorten op de wijkver-
warming aan de orde zal xjorden gesteld. Het verdient aanbeveling beide
zaken aan te houden tot na het in functie treden van de opvolger van
de heer Melzer.
De afdeling gaat hiermede akkoord.
2. Voorstel van burgemeester en wethouders tot het aangaan van een overeen
komst met de K.V. Centrale Antenne Systemen Exploitatie Maatschappij,
gevestigd te s-Gravenhageinzake aanleg en exploitatie van een cen
trale antenne inrichting in de gemeente Breda.
Op verzoek van de voorzitter geeft Mr. Rolff de volgende inleidende toe
lichting op het voorstel.
Het raadsvoorstel geeft een vrij compleet beeld van de situatie, waarin
de besprekingen tussen Breda en Casema op dit moment zijn gekomen, 'fhans
is het punt bereikt waarop beide partijen behoefte hebben aan een princi
pieel standpunt van de zijde van de gemeenteraad ten aanzien van de kern
vraag: zal de gemeente haar activiteiten op c.a.i.-gebied, waaraan zij
zelf begonnen is, trachten voort te zetten in samenwerking en met be
hulp van Casema. Het betreft hier niet alleen een novum voor de gemeente
doch dit is evenzeer het geval voor Casema.