De heer Rolff stelt, dat het moeilijk is de tijdsduur van de overgangs periode nu al te bepalen. In ieder geval gaat dat straks in goed overleg met de gemeente. De heer van Kampen deelt mede, dat aan verzoeken om aansluiting niet kan worden voldaan, omdat de financieringsmiddelen ontbreken. Casema is be reid om te helpen. Hierbij is alle samenwerking met het bedrijf aanwezig. Het is bijzonder vervelend om "nee" te moeten verkopen. Wat het geoefende personeel van het bedrijf betreft mag op grond van het gevoerde overleg worden aangenomen, dat hiervoor een goede regeling getroffen kan worden. De heer Rolff bevetigt, dat er met het energie- en waterbedrijf zeer na drukkelijk overleg is gevoerd met betrekking tot de personele conse quenties. Wat hetaling van niet-afgenomen signalen betreft voorziet spreker in West-fiuropa een ontwikkeling, die er toe leidt, dat de voor ziening met deze signalen een even noodzakelijke zaak zal zijn als dat nu met de levering van gas, water en elektriciteit het geval is. De heer van Graaf ei land vraagt of bij de berekening van 7 bezettings graad is uitgegeaan van de gehele bevolking van Breda of heeft men een be paald percentage ingevoerd voor mensen, die geen t.v. hebben. De heer Rolff stelt, dat wordt uitgegaan van 70}o van het aantal woningen. De heer Kerkhof is van mening, dat in de drie wijken, die eerst worden afgewerkt, een bezettingsgraad van nagenoeg 100fó is te verwachten. Tot goed begrip wijst spreker op de bepaling in de verordening, dat de bextfo- ner vergoeding is verschuldigd, ongeacht of gebruik wordt gemaakt van het systeem. Zo ook bij de wijkverwarming. De heer van Graafeiland gaat hiermede akkoord. De heer van Duvl acht de vergelijking met het al dan niet afnemen van warm te.niet terzake. De heer Rolff kan geen antwoord geven op de vraag inzake radio- en t.v.- amateurs. Bedoeld zullen wel zijn zend-amateurs. De vraag inzake een contract kan hij nog als volgt beantwoorden: naiuurlijk is er overleg gepleegd over di verse punten - er is een inventarisatie gemaakt: waartoe verplichten zich gemeente en Casema? Er is geen concept-overeenkomst. Als gevraagd wordt naar een exploitatie overzicht in verband met de tarieven meent spreker dat meer gevraagd wordt dan in fsite mogelijk is. Overigens is dit tarief gebaseerd op een rede lijke begroting. Er wordt regelmatig inzage verstrekt van feitelijke kos ten en van feitelijke opbrengsten. Eventuele overschotten komen toch weer ten gunste van het project Breda. Eventueel in een reservefonds. De heer Kerkhof deelt mede, dat niet naar het oordeel van middenstands organisaties is gevraagd. Wie zou in deze representatief moeten worden ge acht? De indruk bestaat, dat de verkopers van toestellen het plaatsen van antennes als een service-activiteit beschouwen. Dikwijls wordt dit gewoon aan derden uitbesteed. Deze laatste groep is zelf uiteraard belanghebbend. De grotere firma's op het gebied van antennebouxtf (g.a.i. en c.a.i.) kunnen met inachtneming van normale concurrentieverhoudingen, worden ingeschakeld. De heer Rolff deelt mede, dat Casema permanent overleg pleegt met een txfee- tal groepen van belanghebbenden in Nederland, namelijk Vicas (installateurs) en Vefica (fabrikanten en importeurs van materialen).

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1971 | | pagina 1182