besluit:
het bedrag, dat de gemeente voor het jaar 1970 voor het openbaar gewoon
lager onderwijs werkelijk heeft uitgegeven voor de kosten bedoeld in
artikel 55bis der Lager-onderwijswet 1920, voorlopig vast te stellen op
totaal 71.452,42 5-262,52 76.714,94;
als voor (zonder instandhoudingskosten) 65*802,53 5*262,52
71.065,05;
het bedrag, dat overeenkomstig het krachtens artikel 55bis per leerling
bepaald bedrag, in verband met het gemiddeld aantal leerlingen der
scholen over het jaar 1970 beschikbaar is gesteld, voor het openbaar ge
woon lager onderwijs voorlopig vast te stellen op 701,67 x 126,75
88.936,67;
als voor (zonder instandhoudingskosten) 701,67 x 108,55 76.166,28;
het verschil tussen de sub a en b bedoelde bedragen voorlopig vast te
stellen als volgt:
het bedrag sub a is 12.221,73 minder dan het bedrag sub b;
als voor (zonder instandhoudingskosten)
het bedrag sub a is 5*101,23 minder dan het bedrag sub b.
Aldus vastgesteld door de raad der gemeente
Breda in zijn openbare vergadering van
voorzitter.
secretaris.