'i.
-5-
10. Wat verdient naar het inzicht van het college in 1971 grotere
prioriteit;
1Overdekt bad Breda-Noord
2. Hieuubouw Gemeentelijke Sociale Dienst?
11Hoewel meerdere leden de noodzaak van een betere huisvesting
van de Gemeentelijke Sociale Dienst alleszins onderschrijven
vragen zij zich toch af of er geen hogere prioriteit gegeven
dient te worden aan een algemeen administratiekantoor waarin
meerdere gemeentelijke diensten, o.m. de Gemeentelijke Sociale
Dienst, gehuisvest kunnen worden.
Hoe luidt de mening van het college hierover?
12. Wat is de reden dat in de memorie van toelichting van de be
groting 1971 op blz. 177 onder nr. 016 uitgegaan is van
12.000.000 i.p.v. 13.300.000 waarvan in het onderhavige
investeringsplan is uitgegaan?
jecten getoetst aan een aantal criteria.
Deze zijn:
- Is er sprake van een verplichting of bestaat er een mogelijk
heid tot kiezen?
- Heeft de functie van Breda positieve invloed op de keuze?
Zijn er alternatieven (nodig)
Is fasering op grond van technische aspecten noodzakelijk?
Bestaat er een bindende relatie met andere voorzieningen?
- Wat is de consequentie van het niet of later verwezenlijken
van de voorziening?
10. Het streven van ons college is er op gericht voor beide projec
ten in 1971 een begin van realisering te bereiken.
11. Het streven van ons college is er (zie ook vraag 10) op gericht
zo spoedig mogelijk een betere huisvesting voor de gemeentelijke
Sociale Dienst te realiseren.
Het vraagstuk van een algemeen administratiekantoor voor meer
gemeentelijke diensten is momenteel in studie.
12. Bij de voorbereiding van de ontwerp-begroting 1971 hebben wij
een vermoedelijk in het investeringsplan op te nemen volume van
12.000.000,— aangenomen t.b.v. niet-geldelijk-rendabele in
vesteringen.
Voor de motivering van opneming in het niet-geldelijk-rendabel
investeringsplan 1971 - 1975 van een volume van 13.300.000,
mogen wij U verwijzen naar punt 6.2 van de "nota betreffende de
aanbieding van het niet-geldelijk-rendabel investeringsplan
1971 - 1975"*