gemeente Breda aan de raad der gemeente Breda. Serarïus^Sa^efïa-wlPi aan wonin£en in de Bijlage nr. 95 11 maart 1971 St/53533 Voorstel van Burgemeester en wethouders tot het uitvoeren \an buitengewone onderhouds- In het kader van de luiquidatie van de N.V. Volkhuisvesting is op 8 december 1965 o.m. besloten tot overname per 11 februari 1964 van de complexen 85 woningen Hollandse Tuin en 169, 55 en I7en 9 woningen Jan van Polanenkade Het complex 85 woningen Hollandse Tuin dateert van 1915, He complexen 169, 53 en 16 woningen Jan van Polanenkade zijn in het begin van de twin tiger jaren en het complexen 9 woningen is in 1927 gebouwd. De uit het begin der twintiger jaren daterende complexen zijn gefinancierd met aan de gemeente uit 's rijks kas verstrekte geldleningen, terwijl de rijksbij drage in het jaarlijks exploitatieverlies respectievelijk 75, 50 en 5Q$> bedraagt. Dit impliceert dat de gemeente uit de algemene geldmiddelen het resterende negatieve exploitatieresultaat moet bijpassen. Het complex van 9 woningen is een beleggingsobject van destijds aanwezige reserves. De situering van de bovenvermelde woningcomplexen is weergegeven op de ter visie gelegde tekening no. 12312. De huur van de onderhavige woningen bedraagt thans gemiddeld 40,65 per maand. Deze lage huur is een gevolg van het feit dat sinds 1961, juist vanwege de bewoonbaarheid ernstig schadende gebreken en tekortkomingen aan het onderhoud, diverse huurverhogingen niet zijn toegepast. Dit onderhoud is de laatste jaren tot een minimum beperkt omdat het destijds de bedoeling was deze panden binnen afzienbare tijd te slopen. Uit dien hoofde is daarom destijds aan het rijk gevraagd goed te vinden dat bij het leegkomen van wonii^n deze niet meer opnieuw worden verhuurd en bij de vaststelling en honorering van het tengevolge daarvan nadelig beïn vloede exploitatieresultaat, hiermede rekening te houden. De verwachting van toen dat binnen redelijke termijn voldoende vervangende en beta&Lbare woningen voorhanden zouden zijn is echter niet uitgekomen, zodat aan sanering van deze wijk de eerstkomende tien jaar niet kan worden gedacht Gegeven deze omstandigheden en het feit dat de woningen in een slechte tot zeer slechte staat van onderhoud verkeren is het, mede met het oog op behoud van een zo groot mogelijk aantal goedkopere woningen, van het groot ste belang dat op zo kort mogelijke termijn tot het geven van een grondige opknapbeurt aan en tot enige verhoging van het woongenot van deze woningen, waarvan vele "(bewoners sterk aan deze wijk gehecht zijn, wordt overge gaan. Algehele renovatie van deze complexen is technisch en economisch niet verantwoord. Indien tot realisering van een grondige opknapbeurt en tot enige aanpas sing van het woongenot wordt besloten, wordt tevens voldaan aan de door ons gewekte verwachtingen in de met het"wooncomité Breda", voor deze gelegenheid uitgebreid met enkele afgevaardigden uit de Gerardus Ma- jella-wijk en waarin ook het K.I.M. is vertegenwoordigd, gehouden gesprek ken^. De ter zake aan de bewoners gezonden^circulaire gaat hierbij

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1971 | | pagina 373