bij bijlage nr* 12 - B -2- advisering van de besturen en het onderwijzend personeel van de scholen met betrekking tot de peaagogisch-didactische ontwikkeling van het onderwijs in overeenstemming met veranderende pedagogische, didactische en maatschappelijke inzichten. Voor zover in deze verordening niet anders is bepaald heeft de commissie met betrekking tot de uitvoering van dese taak de bevoegdheden van burgemeester en wethouders, met uitsondering- van het aangaan van een gemeenschappelijke regeling. Samenstelling. Artikel 1. De commissie bestaat uit 15 leden die benoemd worden door de raad op de hierna aangegeven vrij ze: a. één lid van de raad op schriftelijke aanbeveling van burgemeester en wethouders b. twee leden op schriftelijke aanbeveling van burgemeester en wet houders c. drie leden op schriftelijke voordracht van de besturen van de stichting Jan idgthart en de stichting nutsscholen Breda; d. drie leden op schriftelijke voordracht van het bestuur van de protestants-christelijke scholen; e. zes leden op schriftelijke voordracht van de Diocesane ïvatholieke Schoolraad Breda; ïijdens het bestaan van een of meer vakaturesbehoudt de commissie haar bevoegdheden. Binnen drie maanden na het ontstaan kan een vakature worden ge noemde aanbevelingen danwel voordrachten aan de raad gedaan. 2. Behalve het in lid 1 genoemde aantal leden van de raad op schrif telijke aanbeveling van de commissie ten hoogste vier personen tot leden van de commissie benoemen indien deze personen gedele geerden zijn van groeperingen, die anders dan in lid 1 bedoeld - in rel '.ie tot de taak van de commissie - naar haar oordeel een aanmerkelijk belang vertegenwoordigen. Dagelijks bestuur. .Artikel 4. 1De commissie kiest uit haar midden een voorzitter, vice voorzitter en secretaris, alsmede 2 leden die gezamenlijk het dagelijks bestuur der commissie vormen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1971 | | pagina 38