bijlage nr. 100 -2- ANW00RD Bij de in het antwoord op Uw vragen over de vestiging van een cash-and- carry-bedrijf in het pand Baronielaan 107 genoemde bespreking was een verslaggeefster aanwezig van het dagblad "De Stem", dat in zijn editie van 26 november 1970 een volledig en correct verslag van het besprokene weergaf. Uij zien niet in, dat wij onjuist of onbehoorlijk handelen door in voor komende gevallen informatie te verstrekken door verwijzing naar niet gemeentelijke publicaties. bij vinden het daarom jammer, dat U de door ons bij de beantwoording van Uw vragen gevolgde methode, ofschoon tot heden ongebruikelijk, niet positief hebt kunnen waarderen. Dat de betreffende editie van"De Stem"niet tijdig ter inzage lag be treuren wij. Of deze gang van zaken herhaald zal worden zal onder meer afhangen g van de aard der gestelde vragen en de wijze en de inhoud van de verslag legging door de pers. VRAAG (gesteld in de raadsvergadering van 14 januari 1971 De heer van Overveldt merkt op: de laatste tijd worden er regelmatig be zwaren ingediend tegen de vestiging van cash-and-carry-bedrijven. Met betrekking tot het ingekomen schrijven - zie punt 2 van de agenda voor deze vergadering - waarin bezwaar wordt gemaakt tegen de vestiging van een dergelijk bedrijf aan de Oude Terheijdenseweg, wil ik gaarne het volgende opmerken. Ik stel uitdrukkelijk voorop dat ik in principe geen tegenstander ben van zich aandienende nieuwe distributiesystemen, zoals cash-and-carry-bedrijven verbruikersmarkten e.d. Ik word dit echter wel als door de vestiging van dergelijke bedrijven de concurrentieverhoudingen worden scheefgetrokken, met andere woorden, wanneer daardoor het ordelijk economisch verkeer wordt verstoord. Ik ben van mening dat in het onderhavige geval het risico van verstoring van de concurrentieverhoudingen groot is, gezien het in dit gebied reeds aanwezige winkelbestand, de vestiging van de Makro en een Profi- markt, alsmede het dichtbij gelegen wijkwinkelcentrum Hoge Vucht en de diverse buurtwinkelcentra in Breda-Noord. Zo zullen met name de extra lasten die op de in de genoemde winkelcentra gevestigde bedrijven rusten, zoals de plicht mee te investeren in de parkeergelegenheid, deze bedrijven in een ongunstige concurrentiepositie plaatsen, wanneer het mogelijk is in hetzelfde consumentenpatroon zonder deze kosten een verbruikersmarkt te exploiteren. Naar mijn opvatting is dit een vorm van discriminatie. De vestiging van verbruikersmarkten staat of valt momenteel in Breda met het aanwezig zijn of ontbreken van bestemmingsplannen. Ik vraag mij af of dit juist is en of wij in dezen niet tot een ander beleid dienen te komen. Gaarne zal ik vernemen of het college deze visie onderschrijft en zo ja, of het bereid is binnen niet al te lange tijd, zo mogelijk in samenwerking met het bedrijfsleven, tot een aangepast beleid ter zake te komen. ANTWOORD Kortheidshalve mogen wij U verwijzen naar ons preadvies inzake de vestiging van een cash-and-carry-bedrijf in het pand Baronielaan 107.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1971 | | pagina 397