Bijlage nr. 107
-3-
Hoewel uiteraard niet exact kan worden aangegeven door hoeveel leerlingen de
nieuw te stichten school voor het openbaar basisonderwijs in Breda-West zal
worden bezocht, kan naar onze mening aan de eerder vermelde sociografische
gegevens toch voldoende zekerheid worden ontleend dat dit schoolbezoek naar
redelijke verwachting uit zal gaan boven het wettelijke minimum van 125 leer
lingen.
De nieuw te stichten school zal zes leslokalen en een lokaal voor meervoudig
gebruik moeten omvatten.
Gezien het vorenstaande mogen wij U in overweging geven, onder intrekking van
Uw besluit van 15 januari 1970, te besluiten tot opheffing van de school voor
openbaar basisonderwijs Middellaan 62a per 31 juli 1971en tevens te besluiten
tot het oprichten van een school voor het openbaar basisonderwijs in Breda-tfest
per 1 augustus 1971
De hierop betrekking hebbende concept-besluiten worden U hierbij*) ter vast
stelling aangeboden.
Ingevolge het gestelde in artikel 23 der Lager-onderwijswet 1920 behoeven
beide besluiten de goedkeuring van het college van gedeputeerde staten dezer
provincie, gehoord de hoofdinspecteur van het lager onderwijs.
De plaats waar de nieuwe school zal worden gesticht zal nog nader dienen te
worden bepaald; hieromtrent zullen xvij U zo spoedig mogelijk een nader voor
stel doen.
Een eventueel afwijkend advies van de afdeling voor het onderwijs uit Uw raad
zullen wij U nog nader mededelen.
Op grond van het gestelde in artikel 20, 3e lid, der Lager-onderwijswet 1920
hebben wij terzake mede het advies ingewonnen van de schoolraad voor het open
baar gewoon lager onderwijs Breda; dit advies is ter inzage gelegd*).
Burgemeester en wethouders van Breda,
Merkx burgemeester.
van den Dam
secretaris.