gemeente Breda
aan de raad der gemeente Breda.
Bijlage nr. 117
S/46803
14 april 1971
Mededeling van burgemeester en
wethouders inzake de vestiging
van een cash- en carrybedrijf
in het pand Baronielaan 107
Door diverse aktiegroepen, vertegenwoordigende de bewoners van
4T Zandbergplein e.o., alsook door de contactcommissie Middenstand-
Grootwinkelbedrijven en de Katholieke Middenstandsbond zijn
bezwaren ingediend tegen de vestiging van een cash- en carry
bedri jf in het pand Baronielaan 107. Deze bezwaren houden het
volgende in;
1Het doorbreken van de bestaande economische ordening.
In de betreffende wijk is reeds een voldoende aantal food
en non-food zaken gevestigd, terwijl bovendien Breda reeds
een vrij groot aantal verbruikersmarkten heeft één zelfs
in de onmiddellijke nabijheid, nl. aan de Generaal Maczek-
straat. De nadelen van een vestiging van een verbruikers-
markt, daar deze gewoonlijk slechts van tijdelijke aard
zijn, zijn: bevordering van een ongemotiveerde sanering
van de bestaande middenstand en slechts een tijdelijke
uitbreiding van de koopgelegenheid en koopmogelijkheid voor
de consument.
2Verkeertechnische aspecten.
Bij een verbruikersmarkt behoort een groot parkeerterrein,
noch in de Baronielaan, noch in de Leistraat is hiervoor
een mogelijkheid. Bovendien is de door de heer Thijsen ge
dachte parkeermogelijkheid aan het Zandbergplein, waartegen
grote bezwaren bestaan, nog niet als zodanig ingericht. Deze
vestiging brengt derhalve de verkeersveiligheid in gevaar
en werkt rustverstorend.
Ten aanzien van de vestiging van de verbruikersmarkt op het
perceel Baronielaan 107 kunnen vrij het volgende mededelen.
De heer Thijsen heeft het achter het pand gelegen garagebe
drijf in gebruik genomen als cash- en carrybedrijf. Dit bedrijf
is niet gelegen in een gebied waar een stedebouwkundige rege
ling van toepassing is. Voor dit gebied geldt noch bestemmings
plan op grond van de wet op de Ruimtelijke Ordening noch een
bebouwingsverordening op grond van artikel 43 van de Woning
wet 1901. De verordening, regelende het gebruik van gebouwen
en hun aanhorigheden, is in dit geval niet van toepassing
omdat deze slechts het gebruik van gebouwen en hun aanhorig
heden voor zover het bedrijven betreft, die onder de vesti-
gingenwet 1954 vallen, regelt die in een bestemmingsplan of
bebouwingsverordening zijn gelegen.