gemeente Breda
?an de raad der gemeente Breda.
bijlage nr. 184
4 juni 1971
F/59145
Voorstel van burgemeester en wethouders
inzake de verwerking van vaste afvalstoffen
van de gemeente Breda.
Bij brief van 17 december 1970, nr. F/46638, hebben wij üw raad toegezegd
de verwerking van vaste afvalstoffen van deze gemeente aan de orde te zullen
stellen, zodra wij in deze tot een advies zouden kunnen komen.
Aan deze en aan andere toezeggingen van gelijke strekking menen wij thans te
kunnen voldoen omdat wij thans de basis voor een beleid, zij het dan alleen
voor de naaste toekomst, aanwezig achten.
Wij menen, dat U met het bij genoemde brief gevoegde rapport van de werkgroep
vuilverwerking zodanige informatie is verschaft omtrent het aan de orde zijn
de vraagstuk, dat wij in dit opzicht thans met enkele algemene opmerkingen
kunnen volstaan.
Wij achten het van groot belang, dat op nationaal niveau maatregelen worden
genomen om een goede ordening op het terrein van de vuilverwerking te berei
ken. Het stemt dan ook tot voldoening, dat een ontwerp van wet op de bodem
verontreiniging aan de Staten Generaal is aangeboden. In deze wet wordt af
zonderlijk aandacht besteed aan de verwijdering van afvalstoffen. Door middel
van een vergunningenstelsel zal regelend kunnen worden opgetreden, waardoor
geleidelijk aan een einde zal kunnen worden gemaakt aan de thans heersende
onbevredigénde situatie op het gebied van de verwijdering van vaste afval
stoffen. De nadruk zal komen te liggen op regionale organisatie'van de vuil
verwerking
De plaatselijk en in gewestelijk verband verrichte onderzoekingen hebben het
belang van oplossingen in regionaal verband aangetoond en het is ons college
dan ook duidelijk, dat de verwerking van vaste afvalstoffen op langer termijn
van meer dan plaatselijke betekenis is. Wij wachten met belangstelling op het
resultaat van de studies van de commissie van deskundigen, welke tot opdracht
heeft over het vraagstuk van de verwerking van vaste afvalstoffen rapport uit
te brengen aan de Stichting Overleg- en Informatiecentrum West-Brabant; wij
delen Ij voorts mede, dat sinds kort met de gemeente Tilburg op bestuurlijk
en ambtelijk niveau besprekingen zijn geopend over een eventueel gemeenschappe
lijk vuilverbrandingsproject.
Uit het vorenstaande moge het duidelijk zijn, dat er vooralsnog geen mogelijk
heid is gestalte te geven aan hetgeen B .-eda op langer termijn te doen staat op
het stuk van de verwerking van vaste afvalstoffen. Deze zaak houdt onze volle
aandacht en zodra mogelijk zullen wij dienaangaande met Uw raad in overleg
treden.
De vuilverwerking op korte termijn vraagt intussen nadere voorziening. Bij Uw
raad is meermalen de behoefte gebleken aan informatie omtrent de huidige situ
atie, terwijl de JSf.V. Grontmij, die het stadsvuil verwerkt, om een nadere re
geling heeft gevraagd.