hoofdstuk: vi. Bij bijlage nr. 197 -8- HOOFDSTUK V. Schriftelijke waarschuwing; intrekking van de vergunning. schriftelijke waarschuwing 2. Artikel 29 Indien één of meer bepalingen, bij of krachtens deze verordening gesteld, of andere voorschriften, met betrekking tot gebouwen, voor zover daarvan geen ontheffing is verleend, dan wel voorwaarden, aan de vergunning verbonden, naar het oordeel van burgemeester en wethouders niet of niet behoorlijk worden nageleefd, kunnen zij de exploitant een schriftelijke waarschuwing zenden, waarin een ter mijn van tenminste 3 dagen wordt gesteld, waarbinnen aan de bepa lingen, voorschriften of voorwaarden alsnog moet worden voldaan. Indien na het verstrijken van de krachtens lid 1 gestelde termijn de bepalingen of voorwaarden naar het oordeel van burgemeester en wethouders nog niet of niet naar behoren worden nageleefd, kunnen zij de vergunning overeenkomstig het bepaalde in artikel 30, lid 1 sub a, intrekken. Artikel 30 intreklcing 1 Een vergunning kan door burgemeester en wethouders worden ingetrok- vergunning ken: a. wanneer gehandeld wordt in strijd met een of meer bepalingen, bij of krachtens deze verordening gesteld, of met andere voor schriften met betrekking tot gebouwen, voor zover daarvan geen ontheffing is verleend, dan wel mot voorwaarden, aan de vergun ning verbondon; b. wanneer de exploitant gedurende tenminste zes maanden van de vergunning geen gebruik heeft gemaakt; c. ingeval ten aanzien van de exploitant of de beheerder dan wel een hunner huisgenoten feiten of omstandigheden bekend worden, die, indien zij zich zouden hebben voorgedaan of zouden zijn bekend geworden vóór het tijdstip van de verlening van de vergun ning, tot weigering van de vergunning zouden hebben geleid. I 2. Een besluit tot intreklcing van een vergunning is met redenen om kleed en wordt schriftelijk ter kennis van de exploitant gebracht onder mededeling van het bepaalde in artikel 32. 3. Een zodanige intrekking gaat in, wanneer dertig dagen zijn verstre ken na de dag, waarop het daartoe strekkende besluit aan de exploi tant is toegezonden of uitgereikt, behoudens het bepaalde in arti kel 32, 2c lid. Van het beroep. beroep tegen weigering ver gunning Artikel 31 1 Tegen een besluit tot weigering van een vergunning of tegen het bin nen de daarvoor in artikel 4 gestelde termijn achterwege blijven van een besluit kan de aanvrager bij de gemeenteraad in beroep komen. 2. Het beroep moet schriftelijk en met redenen omkleed worden ingesteld binnen 30 dagen na de dag, waarop het besluit is uitgereikt, c.q. verzonden, of ingeval een besluit binnen de daarvoor in artikel 4 gestelde termijn achterwege is gebleven, binnen dertig dagen na het

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1971 | | pagina 691