bijlage nr. 227 -2- Het overleg heeft daarvan in een brief van 16 juni 1971 mededeling gedaan aan de besturen van alle West-Brabantse gemeenten. De voorzitter van Uw raad heeft deze brief, alsmede de nota die daar voor als grondslag diende, bij schrijven van 18 juni 1971 op verzoek van Uw medelid mevrouw van Nes-Brands aan de leden toegezonden. Naar ons oordeel is de opvatting van het overleg Regio Breda in de gegeven situatie duidelijk. Wij onderschrijven de inhoud en de voorgestelde werkwijze In het kader van de opvatting om via regiovorming tot gewestvorming te komen is de indeling van West-Brabant in regionale samenwerkings verbanden van belang. Een duidelijk uitgangspunt, ook door Uw raad aanvaard, is daarbij de ontwikkelingszone Moerdijkgebied, gebied van Etten-Leur, Breda, Dongemondgebied zoals die in het streekplan is op genomen. Daarmede is de regio Breda in grote trekken bepaald. In dit verband meent ons college dat tevens aandacht geschonken moet worden aan de reacties van de gemeenten Etten-Leur en Oosterhout met betrekking tot de bestuurlijke organisatie in West-Brabant. Het is Uw raad bekend, dat de gemeentebesturen van Etten-Leur en Ooster hout op het standpunt staan dat gestreefd moet worden naar een rechtstreekse totstandkoming van één gewest West-Brabant. Algemeen wordt betreurd dat zij tot nu toe niet bereid zijn hun standpunt met betrekking tot de wijze van totstandkoming te wijzigen en zich daar door afzijdig houden van het regionaal overleg. Op diverse wijzen en op verschillende tijdstippen zijn beide gemeentebe sturen ook door het regionaal overleg benaderd voor aansluiting bij het "Overleg Regio Breda". Laatstelijk is dat geschied door middel van een in Uw vergadering van 22 april 1971 aanvaarde motie Als reactie daarop heeft de gemeenteraad van Etten-Leur in zijn vergadering van 24 mei 1971 een motie aangenomen waarin het college van burgemeester en wethouders wordt uitgenodigd te bevorderen dat de gemeenteraad van Etten-Leur met Uw raad in discussie kan treden, een discussie die een bijdrage moet leveren voorde spoedige totstandkoming van een gewest West- Brabant met Breda als gewestelijk centrum. Onzerzijds bestaat hiertegen vanzelfsprekend geen bezwaar. Indien Uw raad kan instemmen met het standpunt neergelegd in de brief van 16 juni 1971 van de voorzitter van het"Overleg Regio Breda" en met het daarin opgenomen voorstel om te komen tot de vorming van een contact orgaan van de regio's Bergen op Zoom, Roosendaal en Breda, waarin ook de gemeentebesturen van Etten-Leur en Oosterhout gelegenheid krijgen hun inbreng te leveren voor de totstandkoming van een gewest West-Brabant, stellen wij U voor aan het gemeentebestuur van Etten-Leur te berichten, dat het Uw raad raadzaam voorkomt, de reacties op en het resultaat van genoemd voorstel voorshands af te wachten Wij tekenen hierbij nog aan dat ons college het bovendien zeer zinvol acht, over de onderhavige kwestie nader beraad te voeren in de binnen kort te houden werkbespreking tussen het college van burgemeester en wethouders van Etten-Leur en ons college. Ook de gemeenteraad van Oosterhout heeft gereageerd met de aanvaarding van een motie in zijn raadsvergadering van 25 mei 1971. In deze motie wordt deelneming aan het "Overleg Regio Breda" afgewezen en wordt Uw raad verzocht de gewestvorming zo snel mogelijk op gang te brengen. Wij menen dat het gemeentebestuur van Oosterhout kan worden bericht dat Uw raad instemt met de thans gevolgde opzet en werkwijze. Met het gemeentebestuur van Oosterhout zal nader overleg ter zake door ons op prijs worden gesteld en bevorderd.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1971 | | pagina 771