gemeente Breda
aan de raad der gemeente Breda.
Bijlage nr. 262
(2e bijlage)
1 september 1971
LZ/- Antwoorden op door raadsleden gestelde
vragen.
VRAAG (gesteld in de raadsvergadering dd. 22 april 1971
De heer Kramer zegt: de vereniging de Baroniese Hengelaars heeft het
ij| visrecht in de Emerput. De vereniging maakt zich echter ongerust over het
storten van vuil in en in de nabijheid van deze put. Eveneens is men
ongerust over de toekomstige bestemming. Naar aanleiding hiervan heb ik
twee vragen:
1 Zijn er afdoende maatregelen te nemen tegen het vuilstorten?
2. ¥at is de werkelijke bedoeling met de Emerput?
ANTWOORD
1 Door het vervoerbedrijf werd regelmatig het rond de Emerput klandes-
tien gestorte vuil opgeruimd. Te verwachten is, dat,nu de oevers van
de Emerput zijn geëgaliseerd en ingezaaid, er minder vuil in de directe
omgeving zal worden gestort. Overigens wordt door de politie voort
durend controle uitgeoefend op klandestien storten van vuil, zowel
in en nabij de Emerput, alsook elders in de gemeente, doch dit euvel
is nauwelijks te voorkomen.
2. In het ter plaatse geldende bestemmingsplan heeft de Emerput de be-
stemming van industrieterrein met daarbij behorende wegen. Ten aan-
zien van de definitieve bestemming kan op dit moment nog niets met
zekerheid gezegd worden.
VRAAG (gesteld in de raadsvergadering van 16 augustus 1971
Mevrouw van Nes-Brands merkt op:afgelopen maand heeft het college een
verzoek bereikt van de winkeliers die worden vertegenwoordigd in de
commissie Binnenstad Breda. De commissie verzoekt voor een proefperiode
van zes maanden een wekelijkse koopavond te mogen houden.
Hoewel ik niet gerechtigd ben namens de Bredase consument of de Bredase
huisvrouw te spreken, zou ik als consument en als huisvrouw het verzoek
van de winkeliers uit de binnenstad toch graag willen steunen. Ik vraag
U hierbij dan ook het bedoelde verzoek in welwillende overweging te nemen
en te zijner tijd een daartoe strekkend voorstel aan de raad te doen.
ANTWOORD
Nader overleg tussen de commissie binnenstad en de commissie middenstands-
en grootwinkelbedrijven heeft ertoe geleid, dat ons college alsnog wordt
verzocht te willen bevorderen, dat een verordening tot stand komt, krach
tens welke de winkels in de gehele gemeente gedurende een proeftijd van
zes maanden wekelijks op vrijdag tot 21 uur voor het publiek geopend mogen
zijn.