gemeente Breda
aan de raad der gemeente Breda.
Bijlage nr. 277
Voorstel van burgemeester en wethouders tot
verhoging van de post presentiegelden op de
gemeentebegroting 1971 in verband met de in
werkingtreding van de nieuwe provinciale ver
goedingsregeling raads- en commissieleden.
Krachtens de regeling, welke bij besluit van Gedeputeerde Staten van
Noord-Brabant van 8 mei 1968 werd vastgesteld bedroegen de vergoedingen
voor het bijwonen van een vergadering van de raad dezer gemeente 35,-
per lid en voor het bijwonen van een vergadering van een raadsafdeling of
i commissie 25,-.
Hierbij zij opgemerkt, dat een vergoedingsregeling slechts kan gelden, in
dien en voor zover Uw raad heeft bepaald, dat voor het bijwonen van de
hiervoor bedoelde vergaderingen een vergoeding zal worden genoten.
Naar aanleiding van een daaromtrent docr ons college uitgebracht preadvies
besloot Uw raad in zijn vergadering van 22 april 1971 akkoord te gaan met
een door Gedeputeerde Staten in maart j.l. voorgestelde nieuwe vergoedings
regeling raads- en commissieleden.
Die regeling kwam hierop neer, dat, voor zover het deze gemeente betreft,
de hiervoor bedoelde vergoedingen met terugwerkende kracht tot 1 januari
1971 47,50 zouden gaan bedragen voor het als lid bijwonen van een ver
gadering van de raad en 37,50 voor het als lid bijwonen van een vergader-
ring van een raadsafdeling of commissie, evenwel met dien verstande, dat
laatstgenoemd bedrag met ƒ10,- zou worden verhoogd, als het een vergoeding
voor het bijwonen van een raadsafdelings- of commissievergadering, welke
voor 17.00 uur is aangevangen, zou betreffen.
Gedeputeerde Staten hebben de nieuwe vergoedingsregeling raads- en commis
sieleden, welke voor U ter visie is gelegd, bij hun besluit van 23 juni
1971 vastgesteld.*
Uit die regeling blijkt echter, dat de hiervoor bedoelde vergoedingsbe
dragen met terugwerkende kracht tot 1 januari 1971 definitief zijn vastge
steld op respectievelijk 55,- en 45,- evenwel met dien verstande, dat
laatstgenoemd bedrag met ƒ10,- wordt verhoogd, als het een vergoeding be
treft voor het bijwonen van een raadsafdelings- of commissievergadering,
welke voor 17.^0 uur is aangevangen. Gedeputeerde Staten hebben derhalve
de oorspronkelijk door hen gedachte bedragen met 7,50 verhoogd.
In verband met het voorgaande zal de op de gemeentebegroting 1971 voorko
mende post "presentiegelden", mede als gevolg van de toeneming van het aan
tal raads- en afdelingsvergaderingen, met 61.220.-, moeten worden ver
hoogd.
Wij stellen Uw raad voor dienovereenkomstig te besluiten door vaststelling
van de bij dit voorstel behorende begrotingswijziging.
BK/9 61846
2 september 1971
