gemeente Breda
T
san de raad der gemeente Breda.
1
Bijlage nr. 279
WO/1/65285
Voorstel van burgemeester en wethouders tot
het verlenen van een voorschot op de vergoeding,
bedoeld in artikel 126 van de kleuteronderwijs
wet, aan de besturen van de bijzondere kleuter
scholen over de jaren 1970 en 1971,
iji
Ingevolge het bepaalde in artikel 126, lid 1, van de kleuteronderwijswet is de
gemeente verplicht om aan de besturen van de bijzondere kleuterscholen, die
zonder gebruikmaking van de bepalingen van de artikelen 50 tot en met 62 van de
kleuteronderwijswet tot stand zijn gekomen en die eigendom zijn van de school
besturen, een vergoeding uit te keren ter bestrijding van de stichtingskosten
van die scholen.
Deze vergoeding wordt bepaald met inachtneming van het jaar, waarin de school
gebouwen zijn gesticht en van het aantal lokalen, dat in verband met het aantal
leidsters, wier bezoldiging van rijkswege wordt vergoed, noodzakelijk is te
achten, een en ander volgens regelen bij algemene maatregel van bestuur te stel
len.
Bedoelde algemene maatregel van bestuur is het koninklijk besluit van 1 juli
1969, staatsblad 518 (besluit stichtingskosten kleuterscholen).
Het 5e lid van eerder aangehaald artikel 126 van de kleuteronderwijswet bepaalt,
dat een korting op de vergoeding kan worden toegepast, indien de gemeente op
enigerlei wijze in de stichtingskosten heeft bijgedragen.
In verband met de te vernachten wijziging van de kleuteronderwijswet, wijziging
is ingediend bij de Tweede Kamer zitting 1969 - 1970 nummer 10584, waarbij de
regeling van artikel 126 volledig zal worden herzien, zijn de laatste jaren al
leen die kortingen toegepast betrekking hebbende op het onderdeel buitengewoon
onderhoud zoals bedoeld in artikel 4 van het besluit stichtingskosten kleuter
scholen.