Bijlage nr. 313 -3- Vóór de vaststelling van de heffingsmaatstaf zijn op deze oppervlakte - bij de belastingverordening vast te stellen - vermenigvuldigingscijfers toe te passen voor aard, ligging, kwaliteit en soort gebruik. Conclusie. Ongeacht voor welke grondslag wordt gekozen zullen aan de opzet en inrich ting van de basisadministratie ten behoeve van de heffing der onroerend- goedbelastingen omvangrijfe werkzaamheden zijn verbonden. Reeds daarom zal de gekozen grondslag voor een reeks van jaren ongewijzigd moeten gelden. Wij komen tot de conclusie dat een vergelijking van beide grondslagen zowel in opzet als in bewerking, maar ook uit een oogpunt van duidelijkheid en rechtszekerheid voor de belastingplichtige ten nadele van de waardemaatstaf uitvalt. Ook de regering acht deze grondslag niet de eerstaangewezene. De oppervlaktemaatstaf beantwoordt daarentegen het meest aan de primair te stellen criteria waaraan een heffingsgrondslag zal moeten voldoen - zoals in de inleiding van dit voorstel reeds opgesomd - en kan in zijn algemeen heid worden beschouwd als zijnde het meest objectief, constant en duidelijk. Mitsdien stellen wij voor te besluiten tot aanwijzing van de grondslag "oppervlakte" ten behoeve van de in te voeren onroerendgoedbelastingen, zoals bedoeld in artikel 273 (nieuw) der gemeentewet. Een eventueel afwijkend advies van de raadsafdeling voor de financiën zal U nog nader worden medegedeeld. Burgemeester en wethouders van Breda, Merkx burgemeester. van den Dam secretaris.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1971 | | pagina 949