Bijlage nr. 358 - 6 - Voorts merken wij het navolgende op: In verband met de aanleg van de verbindingsweg tussen Lunetbrug en de Nieuwe Prinsenkade dienen zes van de twaalf woningen te worden gesloopt, terwijl de sloop van de overige woningen vereist is voor de realisering van de in het bestemmingsplan gedachte bebouwing. Een tijdstip echter waarop uiterlijk deze woningen moeten zijn gesloopt is thans niet te noemen. Te Uwer informatie die- ^ne dat de zes voor de wegaanleg te slopen woningen inmiddels zijn ontruimd. Hoewel de gelijktijdige sloop van alle twaalf woningen in het kader van de geschetste procedure zonder enige twijfel de voorkeur verdient (zulks ter ver mijding van mogelijke juridische problemen met betrekking tot een gedeeltelij]*' instandhouding van het legaat), menen wij dat het eveneens een publieke plicht is van de gemeente i.e. de zorg voor de volkshuisvesting, om de sloop van pan den, welke op enigerlei wijze nog bewoonbaar zijn, te beperken en deze sloop eerst te doen plaatsvinden wanneer dit in verband met de realisering van de plannen noodzakelijk is. Derhalve dienen de zes nog niet onmiddellijk te slo pen woningen naar onze mening voorlopig nog voor bewoning geschikt gehouden te worden. Voorzover deze woningen nog bewoond blijven, lijkt het ons juist de huidige bewoners in het genot van de gratis bewoning te laten. Aangenomen moet worden, dat zich in de komende tijd mutaties in de bezetting der panden zullen voordoen: bij het vrijkomen der panden zal dan van geval tot geval be zien worden of het aanbeveling verdient nog tot herbezetting of tot buiten gebruikstelling c.o.. sloop over te gaan. Indien op het moment, waarop in ver band met de realisering van het plan de panden moeten worden gesloopt, nog panden worden bewoond, zullen wij ons nader beraden over de vraag, hoe de huis vesting van die bewoners zal worden geregeld. Te Uwer informatie hebbenvij voor U ter inzage gelegd een lijst van de huidige bewoners (naam en leeftijd). Het lijkt ons juist op deze plaats in te gaan op een suggestie vaneen van de leden van Uw raad (zijn brief van 16 maart 1972 hebben wij voor U ter inzage gelegd)inhoudende de gratis terbeschikkingstelling van woningen, deel uit makende van het Begijnhof, aan de bewoners van de Van Coothwoningen, Uit het hiervoren gestelde met betrekking tot het uitstellen van de sloop van de thans nog bewoonde panden kan de conclusie getrokken worden, dat op dit moment nog geen behoefte bestaat aan een vervangende huisvesting voor de be woners van die panden.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1972 | | pagina 1037