Bijlage nr. 281
-2-
een te laag bedrag in het investeringsplan 1972-1976 opgenomen projecten,
waarvoor in de loop van dit jaar toch kredieten zijn gevoteerd. Een over
zicht van deze projecten treft IJ aan in bijlade II.
Bovendien dient nog een bedrag te worden opgenomen voor kosten wegens het
in gebruik nemen van grond voor openbare voorzieningen.
Met betrekking tot de naar verwachting in 1972 te realiseren onrendabele
investeringen kan samenvattend het volgende overzicht worden verstrekt:
Bruto Rendabiliteit Netto
Overloop uit 1971 (bijlage i) 5.575.101,20 2.133.896,— 3-441.205,20
Investeringsplan 1972-1976
jaar 1972) 11.361.000,— 5.610.100,— 5-750.900,—
Te laag of buiten het plan
gevoteerde kredieten (bijlage
II) 3-936.516,— 336.266,— 3.600.250,—
Grondkostenverrekeningen 2.182.644,80 - 2.182.644,80
23.055.262,— 8.080.262,— i4.975.OOO,—
AF:
waarschijnlijk niet in 1972
te realiseren projecten uit
het plan 1972-1976(bijlage
III) 4.400.400,— 2.025.400,— 2.375.000,—
Totale investeringen in 1972 18.654.862,6.054.862,12.600.000,
Zoals uit dit overzicht blijkt, komt het totale netto te investeren bedrag
overeen met het in de begroting 1972 voor onrendabele investeringen opge
nomen bedrag van 12.600.000,
Volume-overschrijdingen en -overschotten.
Op een aantal projecten heeft er een overschrijding van het beschikbare
volume plaatsgevonden (zie kolom 6 van bijlage i).
De voorgestelde dekking van deze overschrijdingen uit de overschotten
(zie kolom 5) is aangegeven in de kolommen 8 en 9 van deze bijlage.
Rendabiliteiten.
Voorzover aanwezig, zijn de rendabiliteiten tussen haakjes onder het te
investeren bedrag vermeld.
