bij bijlage nr. 3S2
Provinciale staten van Noord-Brabant,
kennisnemende van de Nota Tweede Nationale Luchthaven Noord-Brabant, maart 1971:
overwegende:
I. dat de sterk toenemende behoefte aan lucblvaariaccommodatie zal nopen tot de vestiging van een
tweede nationale luchthaven en deze vestiging van groot nationaal belang moet worden geacht:
dat de situering van deze luchthaven in Uuid-tVes! Nederland aangewezen zal kunnen blijken
wegens herkomst cn aard van deze behoefte aan luchtvaartacconiniodatie en wegens de eisen,
welke de luchtvaart moet stellen, terwijl ook internationale aspecten hier var, betekenis kunr.cn
blijken;
dat de voorkeur voor vestiging van de tweede nationale luchthaven in westelijk
Noord-Brabant it: diverse rapporten, waaraan vele deskundigen medewerking verleenden reeds
herhaaldelijk is geuit;
dal een dergelijke vestiging in westelijk Noord-Brabant belangrijk zal tegemoetkomen aan de
dringende noodzaak van versterkte economische ontwikkeling en werkgeiegenheidsverruiniing in
dit gebied;
dat derhalve, uit dezen hoofde althans, reden aanwezig is een vestiging van <le tweede
nationale luchthaven in westelijk Noord-Brabant te bevorderen;
II. dat evenwel aan de te geven instemming met de vei tiging van een luchthaven in dit gebied de
dwingende voorwaarde moet wórden verbonden, dat aan de bezwaren van geluid Muder en
andere bezwaren van milieu-hygiënische aard in voldoende mate zal worden tegemoetgekomen;
dat hieromtrent nog omoldoende inzicht bestaat;
dat een rapport van deskundigen te dezer zake noodzakelijk is:
III. d.it een eventuele realisering van een nationale luchthaven in westelijk Noord-Brabant
vanzelfsprekend een hernieuwde overweging van de overigens op dit gebied betrekking hebbende
planner, noodzakelijk maakt;
BESLUITEN:
Gedeputeerde staten van Noord-Brabant uit te nodigen om
a) de noodzakelijke studies tc verrichten en overigens al die voorbereidingen te treffen welke in dc
huidige situatie noodzakelijk cn gewenst zijn, opdat ten spoedigste een regïringsbcilissing kan
worden genomen:
y b) bij deze studies cn verdere voorbereidingen de streek cn dc gemeenten tc betrekken:
c) met name de milieu-hygiënische en planologische aspecten, waaronder de consequenties voor het
strccknian West-Brabant, nader tc doen bestuderen coor een of meer speciaal daartoe in te steden
commissies, waarin dc inbreng van deskundigen zal zijn verzekerd;
d) bij alle betrokken instanties een adequate inspraak van dc provincie in de door de regering terzake
tc nemen beslissingen te verzekeren;
c) de regering, de Staten-Generaal en alle betrokkenen, met name de betrokken departementen, van
F dit besluit in kennis te steilen.
's-Hertogenbosch, 1 mei 1971.
Provinciale staten voornoemd,
dr. C.N.M. Kortmann, voorzitter.
ntr. E.J.N.M. Bogacrts, griffier.