0)
1
Bijlage nr. 389
3e
Voor zover de heffing en invordering geschiedt met toepassing van de pro
vinciewet, de algemene wet inzake rijksbelastingen en de invorderingswet,
14
mogen de onderwerpen, die ook reeds in de van toepassing zijnde artikelen
.asting-
iven-
van deze zijn opgenomen, thans niet meer in de belastingverordening worden
geregeld.
•den ge-
aanhef
Overigens ware te overwegen in de belastingverordening de gebruikelijke
delegatiebepalingen op te nemen waarbij in de verordening wordt vastge
legd dat het dagelijks bestuur wordt gemachtigd één of meer ambtenaren
aan te wijzen om alle of bepaalde bevoegdheden over te dragen, zoals o.a.
i plaats
het vaststellen van aanslagen, het beslissen op verzoek- en bezvaarschrif-
ten, het ambtshalve verminderen van onjuiste aanslagen en de vertegenwoor
diging voor de belastingkamer van het gerechtshof.
iub c).
Ook uit praktisch oogpunt wordt geadviseerd de aan de raad van bestuur toe
komende bevoegdheden tot het verlenen van afschrijving en uitstel van beta
ling (artikel 17 invorderingswet) te delegeren.
Deze
Intussen hebben wij mede kennis genomen van de brief van het gemeentebe
;t hebben"
stuur van Klundert van 25 september 1972, houdende enige opmerkingen over
de onderhavige ontwerp-verordening. Wij kunnen deze opmerkingen geheel on
•den ge-
derschrijven.
jstelling
.tatief
idere over-
Wij hebben voor U ter visie gelegd de onderhavige ontwerp-verordening, een
afschrift van een brief van het gemeentebestuur van Klundert en een exem
plaar van de gemeenschappelijke regeling.
iter"
De afdelingen uit üw raad voor de finar.cib'n en voor ruimtelijke ordening
en economische zaken zijn over dit ontwerp gehoord. Eventuele afwijkende
adviezen zullen U ter kennis worden gebracht.
.ijk voor-
Wij stellen U voor U met bovengenoemde opmerkingen accoord te verklaren.
ien ander
Burgemeester en wethouders van Breda,
Kerkx burgemeester,
bij wege
v.d. Dam secretaris.
«i
-