Bijlage nr. 416 -2- geen fiducie hadden stellen wij daarbij als voorwaarde, dat de gemeente geen aansprakelijkheid kon aanvaarden voor de instandhouding van het hek gedurende een redelijk aantal jaren. Bovendien verzochten wij het waterschap- bestuur in dat geval de gemeente Breda te vrijwaren voor verdere aanspraken cm bij te dragen in de kosten van het schoonhouden van het Calooysche Gat. Ket waterschapsbestuur wenste op deze voorwaarden niet in te gaan. Waar de kosten van het schoonhouden van het Calooysche Gat een onevenredig zware belasting vormen voor het waterschap en de vervuiling van de water loop veroorzaakt wordt door toedoen van de bewoners van het woonwagencen- trurn, hebben wij ons opnieuw bereid verklaard hieromtrent met het water schap van gedachten te wisselen. Zowel het waterschapsbestuur als ons college zijn tot,de overtuiging geko men, dat geen afdoende maatregelen te nemen zijn om de abnormale vervuiling van de watergang te voorkomen, Hen volgende conclusie was, dat de vervui ling als een vaststaand gegeven dient te worden aanvaard en dat volstaan zal moeten worden met enkele keren per jaar het vuil te verwijderen. Behoudens goedkeuring door Uw raad hebben wij het waterschapbestuur een bijdrage a fonds perdu toegezegd van 20.000,in de meerkosten van het schoonhouden van bedoelde watergang. Het waterschapsbestuur heeft zich hier mede akkoord verklaard op voorwaarde, dat na verloop van elke tienjarige periode bezien zal worden of de bijdrage nog toereikend is voor het gestel de doel. Ons college acht deze voorwaarde redelijk. Gezien het vorenstaande stellen wij U voor te besluiten tot het verlenen van een bijdrage ineens van 20.000,aan het waterschap "De Hooge en Lage Vugt" als bijdrage in de meerkosten van het schoonhouden van het Calooysche Gat, zulks door vaststelling van de voor U ter inzage gelegde concept wijzi ging van de gemeentebegroting voor het dienstjaar 1972. Het nodige volume is in het investeringsplan 1972-1976 aanwezig op de post" B. 5-00.03.6 (bijdrage aan het rijk in kosten verbetering Karkkanaal) en kan worden ondergebracht op de post B.5.00.03.12. Hen eventueel afwijkend advies van de afdeling voor openbare werken zullen wij nog nader aan U medelen. Burgemeester en wethouders van Breda, burgemeester secretaris Kerkx van den Dam

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1972 | | pagina 1278