gemeente Breda
aan de raad der gemeente Breda.
Bijlade nr. 84
P/74327
11 februari 1972
Voorstel van burgemeester en wethouders tot
wijziging in de samenstelling van de gemeente
lijke vertegenwoordiging in de commissie voor
gemeentelijk overleg in ambtenarenzaken.
In de vergadering van 20 januari 1972 besloot Uw raad de door het aftre
den van de heer J.A. van Graafeiland als plaatsvervangend lid van de
commissie voor gemeentelijk overleg in ambtenarenzaken ontstane vakature
in februari opnieuw aan de orde te stellen.
Inmiddels heeft de heer Jhr. R.G.P. Sandberg medegedeeld als lid van ge
noemde commissie te willen aftreden.
Overeenkomstig het bepaalde in artikel 2 van de verordening regelende
het georganiseerd overleg in de gemeente Breda (gem. bl. 1219, rubriek
II—1geven wij Uw raad in overweging in deze vakatures te voorzien
door aanwijzing van andere leden van Uw raad.
Voor de goede orde laten wij hieronder een overzicht volgen van de huidi
ge samenstelling van de gemeentelijke vertegenwoordiging in bovengenoemde
commissie
aangewezen door ons college: wethouder A.H.W.M. de Raaff
aangewezen door Uw raad:
leden:
plaatsvervangende leden:
C.A. van Duyl
D.H.J. Willems-van Doorn
J.A. van Graafeiland
A. Kroon
J.H.M. Quadekker
A.C.W.M. Mensen
Jhr. R.G.P. Sandberg
A.B. Kramer
Burgemeester en wethouders van Breda,
Merkx
burgemeester.
Van den Dam
secretaris.