Bijlage nr. 94
-3-
Verdergaande differentiatie zou de administratie aanmerkelijk verzwaren en
uitmonden in aanslagen tot te geringe bedragen in verhouding tot de percep
tiekosten.
Daarentegen zou door een onverkorte jaarheffing in bepaalde gevallen aan de
billijkheid tekort worden gedaan.
De gekozen methode komt als de meest redelijke voor mede gezien het toe te
passen tarief,
Artikel 5.
De grondslag der belasting is conform de bepalingen van de rijksheffing.
Artikel 6.
Het tarief is in de verordening niet genoemd, doch gerelateerd aan de rijks
heffing, welke voor 1971 2,en voor 1972 5,per i.e. bedraagt. Op
deze wijze behoeft de belastingverordening niet telkens gewijzigd te worden
wanneer het tarief voor de rijksheffing wordt herzien.
Artikel 8.
In afwijking van de gebruikelijke procedure waarbij de raad één of meer ge
meente-ambtenaren kon aanwijzen die voor de uitvoering van de verordening in
de plaats traden van de raad, van burgemeester en wethouders en van de burge
meester, schrijft het nieuwe artikel 282 der gemeentewet een andere proce
dure voor.
Ter uitvoering van enige wettelijke bepaling betreffende de heffing en invor
dering kunnen burgemeester en wethouders één of meer gemeente-ambtenaren aan
wijzen die in hun plaats treden, voor zover de raad burgemeester en wethou
ders hiertoe machtigt in de belastingverordening.
Nadat de verordening is vastgesteld en de machtiging door de raad is verleend
kunnen burgemeester en wethouders een regeling vaststellen om alle of bepaal
de bevoegdheden over te dragen, zoals onder andere het vaststellen van aan
slagen, het beslissen op verzoek- en bezwaarschriften, het ambtshalve ver
minderen van onjuiste aanslagen en de vertegenwoordiging voor de belasting
kamer van het gerechtshof.
Dit artikel beoogt in de nieuw voorgeschreven vorm een voortzetting van de
eerder gevolgde gedragslijn.
Artikel 9.
Het verlenen van afschrijving van belasting en uitstel van betaling behoort
ingevolge de invorderingswet tot de competentie van de raad.
Delegatie van deze bevoegdheden kan in de belastingverordening rechtstreeks
geschieden aan burgemeester en wethouders of door burgemeester en wethouders
aan te wijzen gemeente-ambtenaren of aan één of meer rechtstreeks aangewezen
gemeente-ambtenaren.
In het onderhavige artikel zijn de functionarissen rechtstreeks aangewezen.
Artikel 10.
Aangezien het een nieuwe heffing betreft waarbij iedere gebruiker van een
woon- en/of bedrijfsruimte wordt betrokken, is het gewenst de betalingster
mijn niet te kort te stellen, zodat eenieder in de gelegenheid x-rordt gesteld
de aanslag op tijd te kunnen voldoen.