Bijlage nr. 102 -2- 0) W 0 De heffing over 1971 zal mitsdien bedragen 133.000 x 2,- 266.000,te verdelen naar de bovenvermelde onderscheiding. Een tweetal voorlopige aanslagen met een totaal van genoemde be drag is inmiddels ontvangen. De eerste betaling hierop diende te geschieden op 31 januari 1972. Voor 1972 kan een heffing in de orde van grootte van 133-000 x 5>- 665.000,worden verwacht. Ter compensatie van deze uitgaven, althans voor zoveel verschuldigd uit hoofde van de lozing van afvalwater afkomstig van woningen, en daarmede gelijk gestelde bedrijven met een vervuilingswaarde van minder dan 20 i.e., zal worden ingevoerd een gemeentelijke heffing van een waterverontreinigingsbijdrage. De betreffende verordening wordt U gelijktijdig ter vaststelling aangeboden. Ter Uwer verdere informatie zij nog vermeld, dat in de gemeente ge vestigde bedrijven met 20 i.e. of meer - en zulks geldt ook voor andere gebouwen - terzake van het daarvan afkomstige afvalwater etc., op door ons gedaan verzoek rechtstreeks zullen .worden aan geslagen. Een desbetreffende beschikking van de minister van ver keer en interstaat hebben wij reeds ontvangen en gepubliceerd. Aangezien op de gemeentebegroting voor 1971 en 1972 deze uitgaven en de daaraan relaterende ontvangsten niet zijn voorzien, mogen wij U voorstellen, de daartoe nodige kredieten ad respectievelijk 266.000,en 665.000,te willen voteren, door vaststelling van de in ontwerp bijgevoegde begrotingswijzigingen. Een eventueel afwijkend advies van de afdeling voor openbare werken zullen wij U nog nader mededelen. Burgemeester en wethouders van Breda, burgemeester. secretaris.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1972 | | pagina 269