aan de raad der gemeente Breda.
r< »y, ess* p R ^o.A. rst
-H..1 i i \ag£ i 5 B '4ac? -W-'
e^P
Bijlage nr. 136
st/6/77074
29 maart 1972
Voorstel van burgemeester en wethouders tot
toekenning van geldelijke steun ingevolge de
woningwet aan de R.K. Woningbouwvereniging
"St. Laurentius" ten behoeve van een com
plex van 144 galerijwoningen in het be
stemmingsplan "Heusdenhout", alsmede tot
het aanvragen en aanvaarden van gelijke
steun uit 's rijks kas.
f* In Uw vergadering van 24 juni 1971 is besloten tot het verlenen van gelde
lijke steun ingevolge de woningwet aan de R.K.Woningbouwvereniging "St.
Laurentius" alhier ten behoeve van de stichting en exploitatie van een
complex van 96 galerijwoningen in grote-elementenbouw in het bestemmings
plan "Heusdenhout", alsmede tot het aanvragen en aanvaarden van gelijke
rijkssteun.
Wij mogen U ter zake verwijzen naar ons desbetreffend voorstel dd. 9 juni
1971, bijlage nr. 199 -
Voor het verstrekken van de leningen ter financiering van de stichtings-
kosten is in afwijking van dit voorstel, waarin een totaalbedrag van
4.983.873,- is vermeld, door dubbeltelling van het bedrag der grond-
kosten, een krediet gevoteerd van 5-541.181,-, en wel bij het 86e be
sluit tot wijziging der gemeentebegroting 1971.
Aan deze wijziging hebben gedeputeerde staten van Noord-Brabant bij be
sluit van 8 december 1971, G.nr.388.916, hun goedkeuring onthouden omdat
de minister van volkshuisvesting en ruimtelijke ordening nog geen machti-
ging tot gunning van dit bouwplan heeft verleend en mitsdien de finan
ciering van de uitgaaf met leningen uit 1 s- rijks kas nog niet verzekerd is.
De in voornoemd voorstel gespecificeerd aangegeven stichtingskosten waren
o.m. gebaseerd op de prijsaanbieding van de N.V.Internationale Bouw
Compagnie (i.B.C.) te Best dd. 11 februari 1971. Zoals evenwel destijds
reeds te kennen gegeven, had de Hoofdingenieur-Directeur van de volkshuis
vesting en de bouwnijverheid in Noord-Brabant ons reeds medegedeeld, dat
met de bedongen aannemingssom de toetsingsprijs voor woningwetwoningen
zou worden overschreden en de prijs derhalve enigermate gereduceerd
diende te worden. Op grond van deze omstandigheid is het bouwplan tot nu
toe niet met rijkssteun gehonoreerd.
De prijsonderhandeling van de bouwvereniging met voornoemd bouwbedrijf
zijn wat moeizaam verlopen en hebben geruime tijd in beslag genomen. In
tussen werd tevens de mogelijkheid onderkend om het plan uit te breiden
van 96 woningen tot 144 woningen, met name door daaraan toe te voegen
een noordelijk van de aanvankelijke twee blokken gelegen indentiek 3e
blok van 48 woningen. Het plan was eerst beperkt in verband met het
beschikbare eigen contingent van de I.B.C.