gemeente Breda
aan de raad der gemeente Breda.
5 januari 1972
P/72941
Bijlage nr. 20
Voorstel van burgemeester en wethouders tot
wijziging in de samenstelling van de gemeente
lijke vertegenwoordiging in de commissie voor
gemeentelijk overleg in ambtenarenzaken.
In verband met zijn benoeming tot wethouder wenst de heer J.A. van
Graafeiland af te treden als plaatsvervangend lid van de commissie
voor gemeentelijk overleg in ambtenarenzaken.
Voorts heeft de heer C.J. Crul zich - blijkens zijn brief van 2 januari
1972 - teruggetrokken als lid van genoemde commissie.
Overeenkomstig het bepaalde in artikel 2 van de verordening regelende
het georganiseerd overleg in de gemeente Breda (gem. bl. 1219, rubriek
II-1geven wij Uw raad in overweging in de vacatures, ontstaan door het
aftreden van de heren J.A. van Graafeiland en C.J. Crul, te voorzien
door aanwijzing van andere leden van Uw raad.
Voor de goede orde laten wij hieronder een overzicht volgen van de hui
dige samenstelling van de gemeentelijke vertegenwoordiging in bovenge
noemde commissie:
aangewezen door ons college: wethouder A.H.tf.M. de Raaff
aangewezen door Uw raad:
leden:
J.H.M. Quadekker
C.J. Crul
Jhr. R.G.P. Sandberg
A.B. Kramer
plaatsvervangende leden:
C.A. van Duyl
D.H.J. Willems-van Doorn
J.A. van Graafeiland
A. Kroon
Burgemeester en wethouders van Breda,
Merkx
burgemeester.
Van den Dam
secretaris.